Er komen meer openbare laadpunten in Flevoland

Waar al eerder onderzoek werd gedaan naar verschillen in tarieven voor laadpaalgebruik, heeft de provincie nu laten weten dat er de komende jaren meer laadpalen zullen worden geplaatst. Als er geen laadpaal op hun terrein aanwezig is, zal de gemiddelde automobilist waarschijnlijk afhankelijk zijn van het publiek. toegankelijke oplaadpunten. En alleen als er ruimte is.

Aanbesteding voor 74 gemeenten
In de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht worden de komende 4 jaar maximaal 35.000 publieke laadpunten geplaatst. Hiervoor heeft MRA-Electric een aanbesteding uitgeschreven voor 74 gemeenten.

Het plan is dat de eerste laadpalen vanaf medio 2024 op straat staan ​​en klaar zijn voor gebruik. Gedeputeerde Jan de Reus stelt dat er in Flevoland veel elektrische auto’s rijden en dat er naar verwachting nog veel meer zullen volgen.

Voorbereiden op groei
Volgens de gedeputeerde is Flevoland bereid mee te groeien met de aanbesteding. De bedrijven Ubitricity, Vattenfall en TotalEnergies zullen de laadpalen installeren, beheren en exploiteren.

Alle drie de partijen kunnen ervoor zorgen dat laadpalen daar komen waar ze het meest nodig zijn. Er kan ook rekening worden gehouden met congestie op het elektriciteitsnet. Uiteraard is het belangrijk dat straatlaadpalen op de juiste manier worden gebruikt.

Op verzoek van gebruikers zullen daarom laadpalen worden geplaatst. Dit kan betekenen dat als uit beschikbare gegevens blijkt dat een bepaald laadstation bezet is, er extra laadpalen in de buurt worden geplaatst.

Het verschil tussen de drie partijen zit hem vooral in de ideeën over de functionaliteit en het design van het laadstation. Zo moet een nieuw laadstation minder ruimte in beslag nemen en passen in het stedelijk landschap. Slim opladen is standaard.

De aanbesteding voor de provincies werd georganiseerd door MRA-Electric. Dit is een samenwerkingsverband tussen de provincies Noord-Holland, Flevoland en Utrecht (regio Noordwest).

(Bronnen: Provincie Flevoland, lelystad.nieuws.nl)