Purmerendse drugshandelaar moet acht maanden de cel in: ‘Drugshandel ondermijnt de samenleving’

De eis in deze zaak was 30 maanden gevangenisstraf, waarvan de helft voorwaardelijk. De straf is lager omdat de rechtbank een deel van het ten laste gelegde niet bewezen achtte. De officier van justitie heeft hem tevens het bezit van harddrugs in een auto ten laste gelegd, maar de rechtbank vond daarvoor onvoldoende bewijs.

De auto was van een vriend van C. In een koffer en een plastic zak zaten harddrugs terwijl C. in die auto bijrijder was. Maar de rechtbank ziet geen bewijs dat hij van de drugs afwist. Ook overweegt de rechtbank dat de Purmerendse man zes maanden minder drugs heeft verhandeld dan de anderhalf jaar die het Openbaar Ministerie had verwacht.

Bij de verdachte thuis trof de politie bijna 63 gram xtc-pillen, bijna 68 gram cocaïne, ruim twee liter GHB en ruim 77 gram ketamine aan. De rechtbank acht het ernstig dat C. zulke grote hoeveelheden drugs in huis had en deze verhandelde. Dit is niet alleen schadelijk voor de volksgezondheid, benadrukt de rechtbank, maar drugsgerelateerde misdaden ondermijnen ook de samenleving.