close
close

Helmond, Heiloo en Zevenaar in grote landelijke subsidies

De gemeenten Helmond, Heiloo en Zevenaar ontvingen in de periode 2017-2022 gemiddeld het hoogste subsidiebedrag per inwoner. Kerkrade en Veldhoven completeren de top 5. In de periode 2017-2022 is in totaal € 2,9 miljard aan subsidies toegekend aan Nederlandse gemeenten, exclusief Gemeentefondsbijdragen en specifieke uitkeringen (SPUK). Dit komt neer op gemiddeld 483 miljoen euro per jaar. Gemeenten ontvangen vooral subsidies van de provincies, gevolgd door de Europese Unie en het Rijk. Dit volgt op een gezamenlijke analyse van subsidiebureau Ignite Group en onderzoeksbureau Ipsos I&O op basis van publieke subsidiebronnen.

Nederlandse gemeenten ontvingen tussen 2017 en 2022 in totaal € 2,9 miljard aan subsidies. Het gaat om subsidies waar gemeenten om vragen. Subsidies aangevraagd door bedrijven en instellingen van de gemeente zijn daarom uitgesloten. Van de subsidies die gemeenten ontvingen was ruim driekwart (79%) afkomstig van de provincies, goed voor een bedrag van ruim 2,2 miljard euro. Een zesde (474 ​​miljoen) werd bijgedragen door de Europese Unie en de overige 145 miljoen kwam van de overheid (grafiek 1).

Figuur 1 – Herkomst subsidies aan gemeenten (in %), 2017-2022*.

* Totaalbedrag aan subsidies toegekend aan gemeenten, exclusief specifieke uitkeringen (SPUK) en uitkeringen uit het Gemeentefonds.

Grote subsidies om de bereikbaarheid in Helmond, Heiloo en Zevenaar te verbeteren

Over de gehele periode 2017-2022 ontving de gemeente Helmond ruim € 70 miljoen aan subsidies, gemiddeld € 745 per inwoner (Figuur 2). Omgerekend naar jaarbedragen komt dit neer op gemiddeld 124 euro per inwoner per jaar, ruim boven het landelijk gemiddelde van 27 euro per inwoner per jaar. Helmond ontving veruit het grootste aandeel (55.750.000 euro) in het kader van het Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost-Brabant, waaraan ook andere gemeenten in de regio deelnemen. Na Helmond bezetten Heiloo en Zevenaar de tweede en derde plaats met respectievelijk 701 en 679 euro aan ontvangen subsidies per inwoner tussen 2017 en 2022. Ook deze gemeenten hebben aanzienlijke subsidies ontvangen om de bereikbaarheid en lokale infrastructuur te verbeteren. Zo ontving Heiloo in 2017 een subsidie ​​van € 12,7 miljoen van de provincie Noord-Holland in het kader van de A9 Heiloo-verbinding. In 2018 ontving Zevenaar een begrotingssubsidie ​​van 18,1 miljoen euro van de provincie Gelderland voor de reconstructie van de Arnhemseweg en de weg Hengelder-Zevenaar.

Er zijn duidelijke verschillen tussen gemeenten in de subsidiebedragen die zij per inwoner ontvangen. Deze cijfers zeggen echter niet alles. Zo treden sommige gemeenten op als secretaris namens andere gemeenten, waardoor het lijkt alsof de gehele subsidie ​​bij één gemeente terecht komt, wat niet het geval is. Daarom is het belangrijk om de cijfers in de juiste context te plaatsen.

Jan Baake, Senior Consultant bij Ignite Group

Figuur 2 – De top 10 gemeenten naar ontvangen subsidiebedrag per inwoner (in euro’s), 2017-2022

Nominale groei subsidies, maar reële daling ten opzichte van 2017

De hoogte van de jaarlijkse subsidie ​​die aan gemeenten wordt verleend, zal in de periode 2017-2022 fluctueren. Het aantal daalde van 480 miljoen in 2017 naar 322 miljoen in 2019, om vervolgens geleidelijk te stijgen naar 682 miljoen in 2021 (Figuur 3). In 2022 is het subsidiebedrag gedaald naar 516 miljoen. Hoewel dit bedrag zeven procent hoger is dan in 2017, vertelt het niet het hele verhaal. Als de evolutie wordt gecorrigeerd rekening houdend met de inflatie en de groei van de nationale bevolking, zijn de subsidies in de periode 2017-2022 met 13 procent gedaald (figuur 4).

Figuur 3 – Subsidies aan gemeenten (in miljoenen euro’s) Niet gecorrigeerd voor bevolkingsgroei en inflatie.
Figuur 4 – Indexcijfers gemeentesubsidies (2017=100)

Met subsidies zijn grote sommen geld gemoeid om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken. Door gemeenten in de loop van de tijd informatie over subsidies te verstrekken, proberen we de transparantie rond subsidiestromen te vergroten.

Laurens Klein Kranenburg, Ipsos I&O-onderzoeker

Verantwoordelijkheid

Deze analyse is uitgevoerd op basis van gegevens over de subsidieverlening uit publieke bronnen. Het gaat om subsidies die in de periode 2017-2022 door provincies, ministeries en Europese instellingen aan gemeenten zijn verstrekt. In veel gevallen zijn gegevens voor 2023 nog niet (volledig) beschikbaar en daarom niet meegenomen in dit onderzoek. Met bijdragen uit het Gemeentefonds en specifieke uitkeringen (SPUK) is geen rekening gehouden. Het Gemeentefonds kent een landelijke verdeelsleutel op basis waarvan gemeenten uitkeringen ontvangen. Binnenkort publiceren wij een nieuw artikel over de specifieke voordelen.

De verdeling tussen subsidies van de provincies, het Rijk en de Europese Unie is als volgt:

  • Provincies
    Alle subsidies van de Nederlandse provincies.
  • Rijk
    Alle subsidies van RVO, UVB en ministeries, met uitzondering van Europese programma’s zoals ESF(+) en EMVF die door UVB worden uitgevoerd.
  • EU
    Alle subsidies uit Europese subsidieprogramma’s, ook als deze worden uitgevoerd door nationale instanties, zoals de UVB, en regionale programma’s, bijvoorbeeld Stimulus, Kansen voor West en FEDER East. Bij regionale programma’s gaat het vaak om een ​​forfaitair subsidiebedrag; Het kan dus ook gaan om een ​​deel van de cofinanciering van de overheid of een provincie. Als het expliciet wordt medegefinancierd door het Rijk of een provincie, wordt het niet aangemerkt als een EU-subsidie, maar eerder als een staats- of provinciale subsidie.

De indeling van gemeenten is gebaseerd op de CBS-indeling per 1 januari 2023, toen Nederland 342 gemeenten telde. De gegevens zijn gebaseerd op openbare bronnen. Wij hebben geprobeerd zo volledig mogelijk te zijn, maar zijn daarbij afhankelijk van informatie die door subsidieverstrekkers wordt gepubliceerd.

Meer weten?

Klik hier voor meer informatie over Ignite Group en Ipsos I&O.

Voor meer informatie over het onderzoek kunt u contact opnemen met:

– Jan Baake (Principal Consultant bij Ignite Group)
– Ron Coenen (commercieel directeur van de Ignite Group)
– Laurens Klein Kranenburg (Ipsos I&O-onderzoeker).

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *