close
close

Resultaten van het gedeelde mobiliteitsinternetpanelonderzoek

Respondenten reageren grotendeels negatief op het gebruik van gedeelde mobiliteit (red.)

Bij nota heeft wethouder Coen Lageveen de gemeenteraad geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek naar de houding van onze inwoners ten opzichte van deelmobiliteit, uitgevoerd door het team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement.

Dit onderzoek sluit aan bij de ruimtelijke ontwikkelingsplannen van de gemeente en het Mobiliteitsplan dat in december 2022 is vastgesteld.

De gemeente Purmerend heeft een enquête gehouden onder internetgebruikers om de mening van inwoners over deelmobiliteit te achterhalen. Bij gedeelde mobiliteit maakt een individu gebruik van bedrijfswagens voor een abonnement. Denk hierbij aan auto’s, scooters, (elektrische) fietsen of bakfietsen.

Van de 3.244 panelleden hebben 2.061 leden de enquête ingevuld, wat neerkomt op een respons van 64%.

Aanleiding voor dit onderzoek is het toenemende ruimtetekort door geplande en gewenste woningbouw. Geparkeerde voertuigen nemen veel ruimte in beslag, ook al staan ​​ze het grootste deel van de dag stil. Gedeelde mobiliteit kan een oplossing bieden voor de groeiende vraag naar mobiliteit binnen de beperkte beschikbare ruimte.

Belangrijkste conclusies

Uit onderzoek blijkt dat negen op de tien inwoners de beschikking heeft over een auto in hun woning, die vooral particulier eigendom is. Momenteel wordt deelmobiliteit in de gemeente zelden aangeboden en dus zelden gebruikt. Ook lijken veel van de respondenten geen ervaring te hebben met deelmobiliteit, binnen de gemeente of daarbuiten.

Wanneer de enquêtevragen algemeen van aard zijn, hebben meer respondenten een positieve houding ten opzichte van gedeelde mobiliteit dan een negatieve. Zodra de vragen echter specifieker worden en er een verband wordt gelegd tussen gedeelde mobiliteit en de effecten op de benodigde parkeerruimte, verandert de houding van de respondenten aanzienlijk. Zij reageren dus overwegend negatief over het gebruik van gedeelde mobiliteit.

Bewoners zijn vooral bezorgd dat autodelen invloed zal hebben op het aantal parkeerplaatsen. Dit geeft aan dat er draagvlak lijkt te zijn voor deelmobiliteit, zolang er voldoende aandacht blijft voor de beschikbaarheid van parkeerplaatsen. Degenen die niet geïnteresseerd zijn in autodelen stellen vooral dat ze een eigen auto voor de deur willen hebben, die altijd beschikbaar is. Daarom is het belangrijk dat zij over voldoende parkeergelegenheid beschikken.

Voor bewoners zijn de factoren die de persoonlijke keuze voor andere vormen van mobiliteit beïnvloeden nog niet sterk genoeg en ligt de focus nog steeds op het bieden van voldoende parkeerruimte voor de eigen auto.

Ook voor deelfietsen en -scooters is er weinig belangstelling.

Wat nu

Dit onderzoek is gestart als onderdeel van een proces om te komen tot een gedeeld mobiliteitsbeleid in de gemeente Purmerend. Inmiddels is ook de Vervoerregio Amsterdam begonnen met een onderzoek naar deelmobiliteit, maar dan vanuit het perspectief van de regio. Ze merkten op dat gedeelde mobiliteit momenteel wordt aangeboden in grote steden, maar niet in kleine en middelgrote steden.

Dit sluit aan bij onze ervaringen in Purmerend. Het lijkt veelbelovender om gedeelde mobiliteit op regionale schaal te implementeren. Er zullen dan meer potentiële klanten zijn voor het biedende bedrijf, waardoor er eerder een aantrekkelijke business case ontstaat. Daarnaast zullen gebruikers zich ook makkelijker tussen deze gemeenten kunnen verplaatsen, doordat zij hun deelauto in een andere gemeente kunnen achterlaten.

Samenvattend heeft de gemeente Purmerend ervoor gekozen om het gedeelde mobiliteitsbeleid voorlopig met de regio verder te ontwikkelen. En zodra het onderzoek naar de transportregio is afgerond, komen we met een voorstel om gedeelde regionale mobiliteit tot stand te brengen.

Verslag Geïnteresseerd in gedeeld vervoer? Enquête onder het internetpanel

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *