Omroep Flevoland – Nieuws – Kamperen voor LHBTIQ+ jongeren van Lelystad naar Dronten en één week minder

Camping De Paradijsvogel voor gezinnen met LHBTIQ+ kinderen verhuist van Lelystad naar Dronten. De laatste twee edities lag de camping aan Buytenplaets Suydersee, maar deze zomer wordt het Abbert. Naast de verhuizing zal de camping ook voor een kortere periode geopend zijn, namelijk één week in plaats van twee.

De tijdelijke camping is speciaal ontworpen voor jongeren en hun ouders. Bij De Paradijsvogel kunnen jongeren helemaal zichzelf zijn, aldus initiatiefneemster Brenda Schaaper. Volgens haar geeft kamperen met gelijkgestemden jongeren zelfvertrouwen.

goede vraag
De verhuizing van de camping komt volgens Schaaper doordat de groep de vorige locatie ‘overneemt’. De hele camping stond bijna vol met gasten van De Paradijsvogel.

In plaats van een plek met accommodatie heeft de organisatie nu een leeg veld gehuurd. Zodat ook mensen zonder tent kunnen komen, worden er tenten op het terrein geplaatst. “Je kunt het zelfs huren met een bed.”

Vreugdevuur
Midden op het veld is een kampvuurplaats. Er is ook een gedeelde keuken. Dat was de wens van meerdere ouders. “Ze wilden meer verbinding hebben.”

Lees ook: ‘Op camping De Paradijsvogel kan iedereen zichzelf zijn’

Het veld is ook geschikt voor kinderen met sociale angst. In de vorige situatie vonden ze het spannend om naar een ander veld te lopen. Dat is nu opgelost omdat iedereen op hetzelfde veld kampeert.

Kortste camping
Schaaper koos ervoor om voor een kortere periode te kamperen, omdat de organisatie tijdens de twee weken van de vorige editie “uit elkaar viel”. “Dat moeten we niet meer doen.”

Daarom komt hij het liefst korter, maar vaker terug. Deze winter was er ook een wintereditie. “Korter is ook beter voor de doelgroep, omdat ze minder overprikkeld zijn. Het is voor iedereen beter.”

Sinds dit weekend kunnen mensen een plekje bemachtigen. Het veld is nog niet vol, maar Schaaper denkt dat alles goed komt. “Ik kijk al met een schuin oog naar het veld naast mij.”