close
close

De politieke avond: ambities en verlangens in tijden van armoede

Het politieke seizoen loopt ten einde en het is tijd om de balans op te maken. In die geest vroeg Frank Visser (CDA) gisteren onze hardwerkende burgemeester en wethouders om hun eigen werk te evalueren: wat ging goed en wat niet? De antwoorden op deze vraag waren grotendeels voorspelbaar. Opvallend is dat wethouder Huijsmans toegaf dat er in ieder geval op het gebied van de communicatie op de grootstedelijke fietsroute nog veel te wensen over is. Gisteravond ging het echter niet alleen om terugkijken. In het programma stonden de plannen voor het komende jaar, die zijn vastgelegd in de kadernota.

Bezuinigen?

De belangrijke vraag is: wat kan een stad doen als zij weet dat er binnenkort tekorten zullen ontstaan? Een antwoord hierop is bezuinigen. Verschillende oppositiepartijen maken zich daar al zorgen over. Hart voor Delft-raadslid Coby de Koning zegt: “Wij willen een plan dat door bezuinigingen zo min mogelijk verarming onder burgers veroorzaakt.”

Bezuinigingen lijken echter nog steeds geen optie voor de coalitie. De kadernota die de raadsleden (aangesloten bij de coalitiepartijen) hebben opgesteld, staat niet vol nieuwe plannen. Zelf karakteriseren zij het met motto’s als ‘doorgaan op de ingeslagen weg’ en ‘uitvoeren en voltooien’. Wat dit feitelijk betekent is: “we hebben het geld niet om meer te doen.” De coalitiepartijen benadrukken echter blij te zijn met de geplande investeringen in de stad.

Investeringen

Welke investeringen waardeert de coalitie? Dit zijn de sterke punten van dit gemeentebestuur: investeringen in de leefbaarheid in Delft-West, in het ‘Delft Innovation District’ ​​en in duurzaamheid. Ieder coalitielid heeft zijn punten waar hij graag meer aandacht aan zou willen besteden. STIP wil bijvoorbeeld graag voldoende studentenhuisvesting hebben. Cheraldine Osepa, raadslid van GroenLinks, roept op tot ‘meer plekken om discriminatie te melden’. Nu moet dat telefonisch, maar Osepa pleit voor een fysieke plek om dat te doen: “Het is fijn om een ​​mens van vlees en bloed tegenover je te hebben die zegt dat je erbij kunt zijn.”

“Vorige week hoorde ik Canadese toeristen praten over Amsterdam, Den Haag en Delft”, zegt Bert van der Woerd (ChristenUnie), “en ze noemden Delft een rommelige, vervuilde stad.” Daarom vestigt hij de aandacht op het geld dat nodig is voor onderhoud als stadsobjecten niet op tijd worden vervangen. De leider van de D66-fractie, Sivan Maruf, vraagt ​​met een oprechte roep aandacht voor schoolmaaltijden. Hij merkt op dat de rijksoverheid dit niet langer financieel zal ondersteunen: “D66 wil meerdere maaltijdopties op tafel hebben als de programmabegroting wordt besproken. “Dan is het aan het bestuur om te beslissen of en welke acties we willen ondernemen om de honger in de klaslokalen te bestrijden.” PvdA-leider Leon Hombergen maakt zich nu echt zorgen over de ‘verschrikkelijke tijden’ die voor ons liggen, maar: ‘Structurele oplossingen zullen van de kant van de overheid moeten komen.’

Wat nodig is?

Het wachten op het koninkrijk is echter voor een groot deel van de oppositie niet genoeg. Verschillende partijen pleiten voor een concreet actieplan om het komende geldtekort aan te pakken. Hoe wordt dit opgelost? De partijen vrezen de zogenoemde Artikel 12-status, waarbij Delft onder toezicht van de provincie Zuid-Holland komt te staan. Daarom krijgen de veelbesproken projecten van de gemeente veel kritiek: “Is een ecologische fietsbrug over de A13 echt nodig voor Delft?”, vraagt ​​de VVD in antwoord op de vragen van Omroep Delft. Ook wordt er weer gesproken over de Jellybrug en de renovatie van de ‘cultuurpaleizen’ De Veste en Rietveld.

Oppositiepartijen zouden er de voorkeur aan geven dat het geld dat voor deze projecten wordt uitgetrokken, op een andere manier wordt gebruikt. De VVD wil bijvoorbeeld graag investeren in bedrijfsruimtes en andere zaken die de economie versterken. D66-lid Maruf reageert direct op het verzoek van VVD-lid Dimitri van Rijn om meer bedrijfsruimte. Ook Maruf wil in dit verband een voorstel doen. Wat volgt is een discussie tussen deze vertegenwoordigers van de traditioneel liberale partijen, waarin ze elkaar ervan beschuldigen niets voor de economie te willen doen, omdat ze elkaars voorstellen in het verleden niet steunden.

pleisters

Er zijn punten waarop de oppositie liever geld uitgeeft dan wat de raad van plan was. Hart voor Delft pleit ervoor dat er meer geld naar de jeugdzorg gaat. Joost van der Sluis ziet dat er nu veel geld naar ‘moeilijke economische projecten’ gaat en vraagt: ‘Hoe zit het met entertainment?’ Volgens hem zou de gemeente ook meer geld kunnen vrijmaken voor cultuur en sport. En ook Liedewei Timmermans heeft een verlanglijstje voor Zelfstandig Delft, waaronder een subsidie ​​voor Westerpop, een spaarvarken voor een buitenzwembad en de terugkeer van een dierenasiel en een ambulance naar Delft.

Het algemene probleem blijft echter dat financiële zorgen op de loer liggen. Hiervoor moeten oplossingen gevonden worden. Jorrit Treffers van Volt heeft enkele suggesties. Eén daarvan is ervoor te zorgen dat er meer geld wordt verdiend met landontwikkeling. Hij legt uit: “Een stad als Haarlem verdient hier miljoenen aan, maar wij maken verliezen.” Van der Sluis zegt echter dat het enige dat de Delftse politiek kan en moet doen, is ‘er een pleister op doen’. Hij zegt: “We kunnen drastisch bezuinigen, maar uiteindelijk zegt de regering: ‘Kijk, het had gekund.'” En hij vat samen: “We kunnen niet in Delft alle ballen vangen die in Den Haag vallen.”

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *