close
close

Co-Med – 1Zwolle

En weer is er een krantenartikel over Co-Med, dit keer met de kop ‘Reel klachten over bereikbaarheid huisartsenketen’. De keten die ook een vestiging in Zwolle heeft.

Ik weet nog goed hoe het contact met onze huisarts was in de jaren vijftig en zestig. Als ‘ziekfondspatiënt’ moest je naar het spreekuur en lang wachten voordat je aan de beurt was. Bij sommige huisartsen stonden mensen al om half zeven aan de deur om lang wachten te voorkomen, tijdens school- of baasuren. Natuurlijk had dit beter gekund.

Aan de andere kant ‘bezoekte’ de huisarts mensen, ging naar hun huizen en stelde vast of de ernst van de ziekte was of niet. Als hij een van de kinderen kwam ophalen, maakte hij daarna vaak nog een kort praatje met de moeders. Hierdoor kende de dokter zijn patiënten, zijn Pappenheimers, en schreef hij medicijnen of placebo’s voor.

Ik heb mij er nu bij neergelegd dat die tijden al lang voorbij zijn. Ik heb gehoord dat er ruim voldoende huisartsen worden opgeleid, maar velen gaan iets anders doen omdat het economisch niet meer mogelijk is om een ​​praktijk te starten. De huisvestings- en personeelskosten zouden het belangrijkst zijn.

Soms denk ik dat, hoe zal ik het noemen, mensen de goede kant van een beroep willen ervaren, maar niet de onaangename kant. Er zijn echter beroepen waarin dit bijna onvermijdelijk is. Uiteraard in de zorgsector, maar dat geldt ook voor machinisten, conducteurs, buschauffeurs, politieagenten, brandweerlieden, ambulancepersoneel en uitvaartdiensten. Het is zelfs nog zorgwekkender dat sommigen van hen worden aangevallen door ‘ontevreden mensen’.

Wat de huisartsen betreft, zouden zorgverzekeraars, die elke maand grote sommen geld van ons allemaal ontvangen, de initiële kosten van een algemeen consult of aanverwante zaken kunnen helpen verlichten. Omdat ze de plicht hebben om voor ons, hun klanten, te zorgen voor het ontvangen geld. Laat ze dan op zoek gaan naar een eigentijdse maar persoonlijke invulling, zonder computerstemmen zoals momenteel bij Co-Med het geval is.

Nee, wij hoeven niet terug naar de wachtkamer. Zeker niet degene met versleten literatuur. Zo’n veertig jaar geleden zei ik tegen mijn tandarts, eentje met een andere wachtkamer: “Eén van mijn zoons wil ook tandarts worden. “Hij verzamelt al oude tijdschriften.” De man keek mij vernietigend aan. Gelukkig ging hij kort daarna met pensioen.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *