Voor de biologische teelt is 52 miljoen euro nodig

Om de teelt van grondstoffen voor bioconstructie te stimuleren is voor de periode 2025-2030 een fonds van 52 miljoen euro nodig. Dat schrijft CE Delft naar aanleiding van een onderzoek op verzoek van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Het ministerie heeft CE Delft gevraagd een haalbare en kansrijke manier te onderzoeken om de vezelteelt te stimuleren en daarmee een aantrekkelijk verdienmodel voor Nederlandse producenten te creëren. De tweede doelstelling is het afvangen van CO2 in bouwmaterialen. Het stimuleren van deze teelt was onderdeel van het regeerakkoord van het vorige kabinet.

De toepassing van biogrondstoffen in de bouw is nog beperkt. Schattingen variëren van 0,5 tot 2 procent vezelgebruik ten opzichte van het gebruik van minerale toepassingen. Door deze beperkte aankopen door de bouwsector is er volgens de onderzoekers ook weinig geïnvesteerd in de vezelverwerkende industrie in Nederland.

Lange termijn opslag

Er bestaat een ecologisch plan dat deze teelt stimuleert, maar het is niet de bedoeling om op termijn CO2 op te slaan.

Boeren verdienen nu relatief weinig aan jaarlijkse vezelgewassen zoals hennep. De balans is niet of nauwelijks concurrerend met de graanteelt. Daarnaast spelen overwegingen als bekendheid, haalbaarheid en risico een rol.

Volgens onderzoekers van CE Delft zijn er per vezelgewas en per producent verschillende afwegingen, die niet altijd met evenwicht te maken hebben. Stro is een bijproduct van de graanteelt en kan tevens dienen als grondstof voor isolatiemateriaal. Bij het meerjarige gewas miscanthus (olifantengras) is de initiële investering hoog en het rendement ontstaat enkele jaren later.