Kaderdocument aangenomen, wat nu? | Omroep Delft

De jarige burgemeester Van Bijsterveldt vroeg de raadsleden om te applaudisseren na de goedkeuring van de kadernota. Noch voor haar, noch voor de raadsleden die samen met haar politiek verantwoordelijk zijn voor dit politieke document waarin de begroting voor volgend jaar wordt voorbereid. Nee, hij vroeg applaus voor de ambtenaren die deze plannen op schrift hebben gesteld: “Stel dat ze al weer over de begroting nadenken.” Het proces gaat door, dat werd donderdagmiddag duidelijk. Tegen de inmiddels aangenomen kadernota bestond weinig politiek verzet. Hart voor Delft, Onhouden Delft en SP stemden tegen, maar de overgrote meerderheid van de gemeenteraad had geen bezwaar tegen de kadernota.

“Blijf comfortabel”

Het zal geen gemakkelijke periode zijn voor de onverslaanbare ambtenaren die de begroting moeten finaliseren. Zoals al vaker is gezegd, wordt de gemeente geconfronteerd met tijden van financiële onzekerheid. Hoe onveilig? Bram Stoop meldde in het debat dat de gemeente als gevolg van bezuinigingen op het gemeentefonds door het Rijk twintig miljoen euro per jaar minder te besteden heeft. In de Kadernota staat dat het exacte tekort vanaf 2026 nog niet bekend is. En raadslid Martina Huijsmans schat in een gesprek tussen haarzelf, enkele raadsleden en Omroep Delft dat er in 2026 zo’n 5 miljoen nodig zal zijn om de begroting in evenwicht te brengen.

Het is nog niet duidelijk waar dat geld vandaan zal komen. In de kadernota staan ​​besparingsopties die uiteindelijk moeten leiden tot een ‘handelingsperspectief’. Veel van de opties hier zijn, in de woorden van Huijsmans, ‘technisch van aard’. Ze licht deze keuze toe: “Wij zijn een stad die groeit en die ook prettig moet blijven. Er moeten evenementen en cultuur zijn. Kinderen moeten gratis naar de bibliotheek kunnen, vooral omdat boeken waarschijnlijk duurder zullen worden. “Wij willen echt niet bezuinigen op dit soort zaken.”

Ambtenaren

Een opvallende zinsnede in de passage gewijd aan de kadernota luidt: “In deze context onderzoeken we de omvang van de gemeentelijke organisatie in relatie tot andere gemeenten.” De vraag rijst of ambtenaren voor hun baan moeten vrezen als blijkt dat de gemeente Delft op bepaalde afdelingen meer mensen in dienst heeft dan nodig is. Huijsmans zegt echter dat ontslagen geen optie zijn. Hij legt echter uit: “Iemand inhuren is doorgaans duurder dan hem of haar in dienst nemen.” Volgens hem kan de gemeente daarin efficiënter worden. Hij zegt ook: “Er zijn vragen over of en hoeveel mensen we nodig hebben voor alle soorten taken, dus er is een kans om ze intelligenter te organiseren. “Dan kunnen we met minder mensen hetzelfde werk doen.” Huijsmans gelooft niet dat meer doen met minder mensen tot ontslagen zal leiden, maar: “Er zijn mensen die binnen niet al te lange tijd met pensioen gaan. “Ik denk dat daar nog ruimte is.”

Dit is niet de enige manier om geld te verdienen. Er wordt gewerkt aan verschillende opties. Het valt nog te bezien of het genoeg is. Sommige raadsleden vrezen dat de plannen van burgemeester en wethouders niet zullen volstaan. Bram Stoop (Hart voor Delft) stelt bijvoorbeeld dat ‘het gemeentebestuur de situatie niet serieus genoeg neemt’. Wethouder Huijsmans denkt daar anders over: “Die 5 miljoen ga je niet uit één onderwerp halen. Er zijn allerlei verschillende adressen waar je een stukje kunt vinden. Wij hopen ook dat het nieuwe kabinet perspectief biedt.”

Dicht bij bewoners

Het valt uiteraard nog te bezien of de overheid daadwerkelijk hulp zal bieden. Huijsmans vindt echter dat het tijd is dat Delft, in samenwerking met andere VNG-gemeenten, ‘een strijdlustiger standpunt inneemt’. Hij benadrukt het belang van gemeenten als bestuursniveau dat het dichtst bij de inwoners staat: “Als we hier het kantoor verlaten, ontmoeten we ze meteen en spreken ze ons ook aan als we de dingen niet doen zoals zij dat zouden willen. “

Ondanks de financiële onzekerheid zegt Huismans dat zij en haar collega’s “niet opgeven”. In dit geval betekent dat zoiets als ‘er wordt nog steeds geld uitgegeven’. En ook een groot deel van het gemeentebestuur steunt het. Sterker nog: in een van de moties van de gemeenteraad wordt de raadsleden gelast drie miljoen euro vrij te maken voor culturele instellingen. Eind dit jaar moet er een ‘Comprehensive Cultural Housing Plan’ zijn opgesteld, waarin wordt vastgelegd welke gebouwen de verschillende culturele instellingen nodig hebben. Door de aangenomen motie is er 3 miljoen euro beschikbaar om een ​​deel van de woningbouwplannen uit te voeren.

Rietveld

Deze drie miljoen euro komt overigens overeen met wat nodig is voor het Rietveld Theater. En in dezelfde zin is de motie mede opgesteld door Heera Dijk (D66), die eerder bepleitte dat de gemeente Rietveld zou moeten steunen. Verantwoordelijk wethouder Frank van Vliet reageert op deze ‘toevalligheden’: ‘Dit is uiteraard niet uit het niets ontstaan.’

Over het besluit van het gemeentebestuur om de drie miljoen te reserveren voor de gehele PHI en niet specifiek voor Rietveld zegt hij: “Wij willen geen valse verwachtingen wekken.” Hij merkt op dat de Rietveld ‘vreemd genoeg’ niet in het hele debat werd genoemd: ‘Maar tegelijkertijd hebben ze natuurlijk veel met elkaar te maken.’ De raadsleden zijn blij met dit besluit, want als blijkt dat het geld beter aan andere culturele instellingen kan worden besteed, kan dat ook op deze manier.

Trots

Een belangrijke reden om ondanks moeilijke economische tijden te blijven investeren is dat raadsleden vinden dat er nog veel te doen is. De bevolking groeit en voor al die mensen zijn voorzieningen nodig: van scholen tot sportvelden, van evenementen tot groenvoorzieningen. In Delft zijn er veel uitdagingen, bijvoorbeeld het vinden van ruimte voor dat alles. Het is noodzakelijk om huizen toe te voegen, het is noodzakelijk om ze ecologischer te maken, er moet ruimte zijn voor cultuur. Wethouder Maaike Zwart, die ook de economie in zijn portefeuille heeft, wijst erop dat 10 procent van de nieuwbouw gereserveerd moet worden voor commerciële ruimten. Wethouder Huijsmans zegt: “Misschien is ruimte wel de grootste uitdaging in Delft, zelfs meer dan geld.”

Zwart merkt over de bedrijfsruimte op dat er in Delft vrijwel geen leegstand is: “Als we naar de omliggende gemeenten kijken, is dat helemaal niet vanzelfsprekend.” Volgens Zwart mogen de inwoners van Delft hier trots op zijn. “Als je het aan de gemiddelde Delftenaar vraagt, weten ze het niet. Maar Delft is veruit de beste plek in Nederland om een ​​bedrijf te starten.”

Natuurlijk is het een mooi verhaal. Feit is echter dat de gemeentelijke financiën de komende jaren onzeker zullen blijven. Ook Huijsmans erkent dat er “misschien moeilijke beslissingen genomen moeten worden”. Het is niet duidelijk of het mogelijk zal zijn de financiële situatie op orde te houden met technische maatregelen waar de bevolking nauwelijks iets van zal merken. Nu de kadernota is goedgekeurd, is het politieke seizoen bijna voorbij. De komende weken zullen enkele laatste ‘alomvattende bijeenkomsten’ worden gehouden. Dan zijn er de zomervakanties. Eind augustus komt de gemeenteraad opnieuw bijeen.