close
close

‘Dubbel gevoel bij sluiting De Gist, maar besluit was onvermijdelijk’

Monument

Op een verweerde, half begroeide muur langs de Wateringsevest in Delft, vlak voor het Kalverbos, staat nog steeds in trotse maar nu nostalgische letters: “Koninklijke Nederlandse Gist- en Spiritusfabriek.”

De tekst dateert uit een lange periode die van eminent belang was voor de stad. Het tijdperk van de Gistfabriek is bijna voorbij. Een bekende naam, een monument, die fabriek. Er werkten veel Delftenaren, soms vader en zoon. Of ze zijn geboren in een Gistfabriek-familie, in het Agnetapark. En dan nu de aangekondigde sluiting… Nog anderhalf jaar voordat de laatste Gistfabrieker uitkomt. Eind december 2025 ontslagen.

Het is het resultaat van ‘andere tijden’. Met andere bedrijfsvormen, waar zeker ook de invloed van multinationals onder valt. Die rationeler en groter denken. Fedde Sonnema, vestigingsdirecteur van DSM-firmenich in Delft, zoals de huidige eigenaar van de Gistfabriek nu heet, in een interview met Omroep Delft: “Veel Delftenaren zijn of zijn betrokken geweest bij ‘De Gist’. Ik begrijp emoties en daarom roept het nemen van deze beslissing gemengde gevoelens op. Maar het was onvermijdelijk.”

Concentreren

“Een bedrijf bepaalt altijd zelf waar het zich op wil richten. Dat was zo in de tijd van Van Marken en geldt zeker vandaag de dag. De eind volgend jaar aangekondigde sluiting is geen besluit van ‘de Zwitsers’, zoals wel eens te horen is nadat DSM vorig jaar fuseerde met het Zwitserse geur- en aromabedrijf Firmenich. We zijn nu een heel groot bedrijf, dsm-firmenich. Een bedrijf met een wereldwijde omzet van 13.000 miljoen euro en waar 30.000 mensen werken. In het voormalige hoofdkantoor van Gist is nu het hoofdkantoor gevestigd van een van de vier ‘divisies’ die DSM-Firmenich kent. In Delft vormden we de divisie Taste, Texture & Health (smaak, mondgevoel en gezondheid) met een omzet van 3 miljard euro. En nu hebben we hier 900 mensen in dienst.

Van de totale Delftse omzet van 3 miljard euro is de afdeling gistextracten goed voor 120 miljoen euro. Dat is behoorlijk substantieel, maar het groeipotentieel en rendement zijn onvoldoende. Ik ben me zeer bewust van emoties, maar de sluiting van ‘de Gist’ was een rationeel besluit van het bedrijf. De verkregen inkomsten zijn onvoldoende om door te gaan met de structurele productie van gistextracten.”

Met de sluiting op 1 januari 2026 zal een groot deel van de erfenis van Jacques en Agneta van Marken-Matthes verdwijnen. Hoewel: de oud-Hollandse letters langs de Wateringsevest zullen blijven bestaan, verzekert Cindy Gerhardt, directeur van Planet B.io, de onafhankelijke stichting die het ecosysteem op de Biotech Campus Delft ontwikkelt. “Dat is een beschermd stedelijk landschap.” En deze bescherming geldt ook voor andere oudere panden langs de Wateringsevest. En uiteraard ook voor het voormalige grote hoofdkantoor, dat eerder werd aangekocht door BOEi, dat dit monumentale pand momenteel aan het aanpassen is voor de verhuur.

Sociale ondernemers

Het echtpaar Van Marken-Matthes richtte in 1869 hun gistfabriek op met bijzondere zorg voor het welzijn van hun arbeiders aan het einde van de 19e eeuw. ‘Sociale ondernemers’, noemden ze zichzelf. ‘Zij’, want het was in een tijd, aan het einde van de 19e eeuw, dat er plotseling meer jonge en enthousiaste ondernemers in Europa opdoken. Dit gebeurde in Frankrijk, Duitsland en Engeland. Ze kenden elkaar, ze hadden ook persoonlijk contact met elkaar.

“Van Marken ontmoette deze collega-ondernemers bijvoorbeeld op bijeenkomsten in Parijs”, vertelt Delftse Gistfabriek-expert Jan van der Mast aan Omroep Delft. Daar deelden ze hun spirit en dezelfde aandacht voor de omstandigheden van hun medewerkers. “Van Marken kwam met het idee om een ​​ondernemingsraad in het leven te roepen”, vertelt Van der Mast. Revolutionair, voor die tijd. De bedrijfsstrategie van deze jonge ondernemers was ook vergelijkbaar. Namelijk: een fabriek starten met een eenvoudig product, waar destijds grote behoefte aan was.

Liverpool

Jacques van Marken reisde naar Oostenrijk om bij bakkerij Fleischman de kunst van het gistmaken te leren. Want ook de Nederlandse bakkers hadden behoefte aan gist van goede kwaliteit en altijd betrouwbaar van samenstelling. De uit Oostenrijk meegebrachte methode kende in Delft een doorslaand succes. Fleischman prees Van Marken: “De leerling heeft de leraar overtroffen”, aldus Van der Mast.

In Liverpool deed het echtpaar William en Elizabeth Lever opvallend hetzelfde als de Van Markens in Delft. Ze concentreerden zich ook op het maken van iets dat in wezen heel eenvoudig was: zeep. ‘Sunlight’-zeep, die over de hele wereld bekend werd. Het bedrijf dat zijn achternaam draagt, Unilever, is vandaag de dag nog steeds een bekende naam als multinational.

Agneta-park

En ook de zorg voor hun medewerkers was identiek. Dat is niet verwonderlijk, want de Van Markens en de Levers gingen soms als koppel bij elkaar op bezoek. In Delft kocht Jacques van Marken in 1881 grond aan de Schie om zijn gist en sterke drank te vervoeren. Daarachter lag een plek waar hij ongekende ‘luxe’ woningen voor arbeiders had gebouwd in een groene omgeving: Agneta Park. Kort daarna volgde William Lever het voorbeeld van Van Marken in Liverpool. In 1887 kocht hij ook land aan de oever van een rivier voor zijn fabriek, de veelbezongen Mersey in die stad. En hij bouwde Sunlight City, een groene woonwijk die opmerkelijk veel op Agneta Park leek, maar dan veel groter.

Een andere interessante overeenkomst is dat zowel in Delft als in Liverpool arbeiderswoningen die lange tijd door de fabriek werden beheerd, de afgelopen decennia voor aanzienlijke bedragen aan particulieren zijn verkocht. Die, ook in Delft en Liverpool, verplicht zijn om de uitstraling van hun unieke huizen in het park in historische stijl te behouden.

bacinol

Later, lang na de dood van Van Marken in 1906, werd penicilline, een bacteriedodend medicijn, aan de Delftse gistfabriek toegevoegd, met alcohol als bijproduct. Dit medicijn was al in 1928 ontdekt door de Schotse arts Alexander Fleming. Het werd echter aanvankelijk niet in gebruik genomen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog deden de Verenigde Staten plotseling veel moeite om een ​​dergelijk medicijn tegen geïnfecteerde oorlogswonden te gebruiken. In Delft ging een groep onderzoekers al in 1940 op zoek naar hun eigen penicilline in de door de Duitsers bezette gistfabriek. Dit gebeurde in het geheim, onder de codenaam ‘Bacinol’. Dat lukte, de bewoner merkte er niets van.

In 1945 gebruikte Dr. Verschuyl, bedrijfsarts bij de Gistfabriek en chirurg-gynaecoloog in het Bethelziekenhuis, het plaatselijke middel voor het eerst bij een 19-jarig meisje dat aan een dodelijke infectie leed. Ze genas snel. Dit leidde in 1946 tot de start van de penicillineproductie in Delft. Vanaf 1951 groeide de Gistfabriek uit tot een van de grootste producenten van dit antibioticum ter wereld. En hoewel de gistproductie eind december 2025 stopt, gaat de penicillineproductie in Delft gewoon door, legt huidig ​​directeur Fedde Sonnema uit aan Omroep Delft. Alleen van een ander bedrijf, dat zich naast DSM-Firmenich heeft gevestigd op de Biotech Campus Delft, zoals het hoofdkantoor van Gisten Calvé in de vestiging Schie nu heet.

Einde van het industriële tijdperk

Met de Gistfabriek verdwijnt eind volgend jaar een monumentaal bedrijf voor de stad, met zijn industriële werkprocessen van ruim een ​​eeuw geleden, de bijbehorende beroepstrots en stedelijke glorie, en het bijzondere sociale idee van de Van . Markens zit hier achter.

De veranderingen begonnen ongeveer vijftig jaar geleden. Over de hele wereld groeide het zakelijke en financiële verlangen om bredere verbindingen tot stand te brengen. Op weg naar het groeperen van producties. Dit leidde in 1968 tot de eerste fusie van Gistfabriek met Brocades. In de tijd van de Liverpool Beatles mocht deze combinatie zich nog ‘Royal Gist-Brocades’ noemen. Deze eretitel verdween toen het voormalig Koninklijk Staatsmijnbedrijf DSM uit Limburg in 1998 dit fusieconcern overnam. Hierdoor werd het hoofdkantoor in Delft echt onderdeel van een multinationale organisatie.

De afgelopen tien jaar is DSM in Delft een nieuwe weg ingeslagen, vertelt Fedde Sonnema, huidig ​​bedrijfsdirecteur van DSM Delft. Een koers die ervoor zorgt dat voormalig fabrieksarbeiders steeds meer plaats maken voor jonge onderzoekers. Maar dan wel met de zakelijke aanpak van ‘sociaal goed doen’ op een eigentijdse manier. Sonnema tegen Omroep Delft: “Eigenlijk precies waar de Van Markens destijds naar op zoek waren.”

Zoetstof

De nieuwe bedrijfsfilosofie van DSM is erop gericht ingrediënten op een duurzamere manier te ontwikkelen om eten en drinken gezond en smakelijk te maken, met een duidelijke focus op het milieu. Ook in 2019 werd dit publiekelijk getoond. Deze ‘openbaring’ vond plaats tijdens een tentoonstelling in het voormalige Grote Kantoor aan de Wateringseweg ter gelegenheid van het 150-jarig jubileum van de Gistfabriek. Veel bezoekende Delftenaren waren onder de indruk van de uitleg in de tentoonstelling over wat er al gebeurde in de nieuwe laboratoria, die inmiddels enigszins verscholen achter enkele oude gebouwen van de Gist waren gebouwd. In dat jubileumjaar legden jonge wetenschappers bijvoorbeeld al uit hoe een zoetstof uit cola ‘ecologischer’ gemaakt kan worden. Niet chemisch, maar veel duurzamer door het gebruik van microben en genetische modificatie.

Firmenich-fusie

Sinds die beurs in 2019 is deze geëngageerde bedrijfsfilosofie steeds prominenter geworden. Datzelfde jaar stelde de raad van bestuur van DSM ook een duidelijke beleidslijn vast: het voormalige hoofdkantoor van de Gistfabriek moet worden omgebouwd tot een hoogwaardig wetenschappelijk centrum. Een centrum waar het ook mogelijk is om ‘derden’, jongere bedrijven actief in de biotechnologiesector, te huisvesten: de nieuwe lijn. Zo werd de ‘Biotech Campus Delft’ geboren.

De fusie in mei 2023 met de Zwitserse private investeringsmaatschappij Firmenich heeft de innovatiekracht van DSM Delft een nieuwe impuls gegeven, zo blijkt uit het verhaal van Sonnema.

Er was eens, in 1895, Firmenich in Zwitserland begonnen als een lokaal familiebedrijf. Net als gist. En het richtte zich ook op een ‘eenvoudig’ product: parfums. Nog een vergelijking met Delft: Agneta van Marken-Matthes had hier destijds ook haar eigen parfumfabriek, die behoorlijk succesvol was. Maar dit valt niet samen met de ontwikkeling die Firmenich doormaakte. Sonnema: “Het groeide uit tot een van de vier grootste bedrijven ter wereld in geur- en smaakstoffen.”

Maar Firmenich bestaat niet meer afzonderlijk en binnenkort zal ook de gistfabriek verdwijnen. In Delft is het nu dsm-firmenich. Een zeer belangrijke speler op de wereldmarkt. En regisseur Fedde Sonnema verwacht nog veel meer.

Morgen op de website en app van Omroep Delft: tweede deel van het interview met Sonnema en Gerhardt over de groei die volgens hen de ‘Bio Campus Delft’ de komende decennia zal doormaken, ook voor jonge bedrijven.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *