close
close

Wo – 1Zwolle

Mijn vrouw en ik wonen in een klein maar fijn huis. Natuurlijk zou er een hele grote tuin omheen kunnen zijn, maar die is er niet. Het is volgens deskundigen ook een kleine tuin van 48 vierkante meter.

Toen we daar een paar jaar samen woonden, vonden we dat we die tuin moesten omvormen tot een meer eigentijdse tuin en zijn we de mogelijkheden gaan onderzoeken.

We kregen het advies om eens naar de tuinen van Mien Ruys te kijken en aangezien Dedemsvaart op rijafstand van Zwolle ligt, zijn we er op een misschien helaas te warme zaterdag naartoe gereden.

Een oplettende lezer van Stentor zal zich waarschijnlijk realiseren dat de editie van zaterdag 18 mei mij op het idee voor deze column bracht. Wat je zegt klopte ook tijdens ons bezoek, het kan overweldigend mooi zijn. Helaas kwamen we niet op een idee. Wij vonden onze tuin te klein voor alles wat we zagen. En zoals we al hebben vermeld, leidde de hitte erg af.

Wat we wel zagen was het veelvuldig gebruik van spoorbielzen in die tijd. Mien Ruys gebruikte ze, zoals ik las, in veel van zijn ontwerpen. Ik heb altijd mijn twijfels gehad over het gebruik ervan. Ik denk dat ze doorspekt waren met conserveermiddelen, olie en andere vervelende dingen die treinen tijdens de reis lekken.

We kregen een tuin naar onze zin en konden betonnen “bielzen” gebruiken. Onze tuin doet ons vaak denken aan de Mien-tuinen. Ons type tuin wordt ook wel patiotuin genoemd, waardoor het al snel net zo warm wordt als in de Dedemsvaarttuinen.

In het artikel De stentor Over die slapers werd niets vermeld. Misschien hebben ze ook ontdekt dat ze vies waren, en uiteraard gebruikt ProRail de houten dwarsliggers nauwelijks meer, dus die zijn ook lastig te verkrijgen.

Toen ik echter informatie over Mien Ruys zocht, las ik dat het destijds de bijnaam ‘Bielzen Mien’ had. Kijk, ik denk dat dat een goed feit is.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *