Landen in de WTO slagen er niet in overeenstemming te bereiken over landbouw en visserij

Zaterdag eindigde een top van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), met als enige resultaat een uitbreiding van afspraken over douanerechten in de onlinehandel. De ruim 150 lidstaten konden in Abu Dhabi geen afspraken maken over landbouw en visserij, terwijl dit voor veel landen zeer belangrijke kwesties zijn.

Critici zeggen dat dit onderstreept hoe ineffectief de WTO vandaag de dag is, nu geopolitieke spanningen en economische tegenwind de wereldhandel bedreigen. “De WTO had een goede crisis nodig en misschien zal dit ons doen beseffen dat we niet op deze manier kunnen doorgaan”, zei een hoge functionaris van de Europese Unie die aan de gesprekken deelnam.

De WTO, het enige internationale orgaan dat zich bezighoudt met de handelsregels tussen landen, heeft volledige consensus van alle leden nodig om tot overeenstemming te komen. WTO-directeur Ngozi Okonjo-Iweala is van mening dat “het glas halfvol is.” “We hebben een aantal belangrijke dingen bereikt en andere niet”, zei hij later.

India, Indonesië en Zuid-Afrika hadden vooraf aangegeven tegen verlenging van het zogenoemde moratorium op e-commerce te zijn. Landen maken zich zorgen over het verliezen van de controle over datastromen en de dominantie van grote Amerikaanse technologiebedrijven. Uiteindelijk achtten zij het echter niet nodig om de uitbreiding van de overeenkomsten, die jarenlang een belangrijke pijler van de internetontwikkeling zijn geweest, te frustreren.

Het bleek echter onmogelijk om tot een akkoord te komen om de subsidies tegen overbevissing en landbouw te beperken. Brazilië drong aan op lagere tarieven, maar India verdedigde zijn systeem voor het garanderen van de voedselvoorziening. Westerse landen op hun beurt hielden vol dat India zijn producten wil exporteren tegen prijzen die onder de marktprijs liggen.