close
close

Archeologische verrassing: overblijfselen van een houten kasteel bij Sinderen | Cultuur



Cultuur

Verbinding met Ulftse Wesenthorst?

SINDEREN – Archeologen hebben tot hun verbazing sporen ontdekt van een splinter, een houten toren met grachten eromheen, nabij de Antoniuskapel in Sinderen. Een splinter was de voorloper van de latere stenen kastelen.

Door Sander Grootendorst

Drie archeologen lopen van de kapel naar het daarachter gelegen maïsveld. Gevolgd door een groot aantal geïnteresseerden. De meeste hebben laarzen en paraplu’s bij zich, voorbereid op modderpoelen en stortbuien. De weg naar de plaats waar de opgravingen zijn uitgevoerd is moerassig. “Ik hoop dat het een beetje droog blijft”, zegt archeoloog Eric van der Kuijl, zodra het publiek in een halve cirkel staat. “Vorige week was dit een mooi droog gebied, met duidelijk zichtbare sporen. “Nu is het een waterballet.”
Zijn verhaal begint terwijl het steeds harder regent. “Zes maanden geleden zijn we begonnen met boren in de grond. “De dronebeelden zagen er veelbelovend uit.” Al snel werd duidelijk dat er iets spectaculairs verborgen zat: “We troffen een stelsel van kanalen aan op onlogische plekken. Waar zou dat toe leiden?

‘Kun je wat luider praten, Eric?’ iemand schreeuwt. “Ik doe mijn best!” roept de archeoloog. Het was tevergeefs: het bombardement overstemt zijn uitleg. De groep sjokt terug naar de kapel en staande voor dat gebouw houdt Van der Kuijl zijn lezing vanaf het begin, aangevuld met zijn collega-archeologen Matthijs van Wees en Annemieke de Lugtigheid. Hier is de grond steviger en stopt de regen na een tijdje.

Wat archeologen zeggen is fascinerend voor geschiedenisliefhebbers. Een houten kasteel op deze plek, wie had dat ooit gedacht? Niet de deskundigen zelf. Van der Kuijl: “We gingen het platteland in op zoek naar resten van bijgebouwen van kasteel Huis Sinderen. En niet naar een tweede kasteel.”

Een houten kasteel op deze plek, wie had dat ooit gedacht?

Strategisch
“Dit stipje moet in de 11e en 12e eeuw hebben bestaan. Er werd voor de bouw gekozen voor een strategische locatie: op een zanddek, een natuurlijke verhoging in het landschap. “Ze hebben het hoger gezet en er een houten toren op gezet.”

Van die toren is niets meer over en ook de heuvel is verdwenen. ‘Maar er leken stempels op het lagere niveau te staan: de palen waren de staanders van de toren.’ Allemaal heel rudimentair, zegt Van der Kuijl. ‘Hoe weet je dan dat het een stipje moet zijn geweest?’ Heel simpel: de zenders maken dat zeer waarschijnlijk. Er was een binnengracht met een diameter van 26 meter en een buitengracht met een diameter van 40 meter. Er liep ook een karrenpad omheen.” In een document uit 1367 wordt melding gemaakt van “die alden berch toe Wesenthorst”: een mogelijke verwijzing naar het stipje, dat in de 14e eeuw nog zichtbaar zou zijn. “berch” betekende een kasteel.

Van der Kuijl: “We zitten hier in het Oude IJsselbekken. Er waren toen nog geen dijken. Deze vestingwerken bevonden zich meestal langs de meanders van rivieren. Het water had een defensieve werking, waardoor er geen muur gebouwd hoefde te worden en de gracht relatief ondiep kon blijven.”

Lokale keramiek
Het werk ter plaatse is inmiddels voltooid, maar de exacte datering en verdere interpretatie van de gegevens moeten nog worden uitgevoerd. Mede dankzij paleobotanisch onderzoek: daaruit kun je afleiden welke planten hier destijds groeiden en hoe het landschap er uitzag. Ook de gevonden scherven worden nader onderzocht. “In de binnenkuil is uitsluitend plaatselijk geproduceerd kogelaardewerk, dus niet uit Pfingstdorf of Siegburg, maar in de buitenkuil. Hieruit wordt afgeleid dat het eerste kanaal in de 11e eeuw werd gegraven en het tweede, grotere, in de 13e eeuw.”

Huis Sinderen zelf, het stenen kasteel, is er ook niet. Nu staat daar een boerderij; je kunt nog steeds naar de zenders kijken. Nog opvallender is die oude notitie: ‘toe Wesenthorst.’ Gezien de directe nabijheid van Huis Sinderen zou een verbinding daarmee verwacht worden en niet met De Wesenthorst, een kasteel dat ooit in Ulft stond. “Dat is een heel ander gezin.” Het lijkt erop dat het splintertje niet direct de voorloper van Huis Sinderen was. ‘Daar is het stenen kasteel te jong voor.’
De Wesenthorsten worden al in de 11e eeuw in documenten genoemd, maar Sinderen wordt pas in 1197 genoemd. Gezien de ouderdom van de motte zou dit op een verband met Ulft kunnen duiden. Onderzoekers hopen erachter te komen hoe dit precies werkt. “Wij willen deze puzzel graag oplossen. Maar de bronnen zijn schaars…’

natuurlijke begraafplaats
De opgraving is weer bedekt; het gebied nabij de kapel wordt aangewezen als natuurbegraafplaats met de officiële naam Hof ​​van Sinderen. Woordvoerder Bram van Casteren zegt dat het de bedoeling is om de geschiedenis van de motte zichtbaar te maken, “door bijvoorbeeld de contouren van de toren en de grachtengordel aan te geven.” “Het voegt echt waarde toe aan de natuurlijke begraafplaats, het is iets voor de eeuwigheid.”

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *