close
close

‘Kinderen hebben niet altijd toegang tot justitie’

Ondanks het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind (CRC) en de bijbehorende klachtenprocedure die door meer dan vijftig landen is ondertekend, hebben veel kinderen nog steeds beperkte toegang tot de rechter. Dat concludeert Ton Liefaard, hoogleraar Kinderrechten aan de Universiteit Leiden.

In een platformrecensie Sociale problemen Liefaard analyseert de vooruitgang die is geboekt sinds het Facultatief Protocol bij het Verdrag inzake de rechten van het kind over de klachtenprocedure (OPIC) tien jaar geleden van kracht werd. Dit protocol is een instrument om een ​​klacht over deelnemende landen in te dienen bij het VN-Comité voor de Rechten van het Kind.

Slechts 52 landen nemen echter deel aan de OPIC, terwijl 196 landen zich bij het CRC hebben aangesloten. Ook Nederland behoort tot de landen die zijn toegetreden tot het IVRK, maar het optionele protocol niet hebben ondertekend. Volgens Liefaard betekent dit dat de toegang van kinderen tot het recht slechts geleidelijk verbetert: “Het is een echte uitdaging om juridische procedures toegankelijk te maken voor kinderen.”

Klachten

De meeste klachten die het Comité voor de Rechten van het Kind binnenkrijgt, betreffen Europese landen die de kinderrechten schenden, merkt Liefaard op. Vaak treft dit immigrantenkinderen. “Verschillende Europese landen onderwerpen migrantenkinderen aan vernederende procedures. Ze houden ook migrantenkinderen vast en deporteren ze zonder op een rechterlijke uitspraak te wachten. Daarnaast ontvangt de commissie regelmatig klachten over Europese landen die met name migrantenkinderen het recht op gezondheidszorg en onderwijs ontzeggen.”

Als het Comité voor de Rechten van het Kind op basis van een klacht vaststelt dat een land de bepalingen van het IVRK niet naleeft, kan het dat land de opdracht geven de rechten van kinderen beter te beschermen. Dit kan echter alleen als een land ook deelneemt aan de OPIC.

Resultaat

In sommige gevallen heeft dit al aantoonbare resultaten opgeleverd. Liefaard noemt enkele Europese voorbeelden: “De uitspraken van het Comité voor de Rechten van het Kind hebben geleid tot betere garanties van de rechten van vluchtelingenkinderen in Spanje en een snellere repatriëring van kinderen uit Noord-Syrië naar Frankrijk.”

Tegelijkertijd ziet Liefaard nog veel ruimte voor verbetering, ook bij de Commissie voor de Rechten van het Kind zelf: “Of kinderen daadwerkelijk toegang hebben tot OPIC-procedures hangt voor een groot deel af van hoe de commissie haar eigen regels interpreteert en handhaaft.” procedureel. En de commissie kan daarin nog veel stappen zetten.”

Meer ondertekenaars

Volgens Liefaard is de belangrijkste stap die gezet moet worden om meer kinderen duurzame toegang te geven tot onafhankelijke rechtspraak echter dat meer landen de OPIC ondertekenen. “Het is voor de geloofwaardigheid van OPIC heel belangrijk dat meer landen zich aansluiten en dat regeringen serieus de maatregelen volgen die zijn aanbevolen door het Comité voor de Rechten van het Kind van de Verenigde Naties.”

De Nederlandse regering heeft vorig jaar een principieel besluit genomen om de OPIC te ratificeren. De daadwerkelijke ondertekening heeft echter nog niet plaatsgevonden.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *