Frederieke Leeflang (NPO): ‘Het terugbrengen van het aantal stations is onvermijdelijk in een nieuw systeem’

De voorzitter van de raad van bestuur van de NPO, Frederieke Leeflang, lichtte in dagblad De Gooi en Eemlander de toekomstplannen van de publieke omroep toe tegen een bezuiniging van 100 miljoen euro, zoals vastgelegd in het Hoofdlijnakkoord tussen PVV, NSC, BBB en VVD. Leeflang benadrukt het belang van betrouwbare journalistiek en de rol van de omroeporganisatie als “vierde hoeksteen van de rechtsstaat.” Volgens Leeflang gaat de publieke omroep zich richten op efficiënter werken, onder meer door het bundelen van omroepen en het bundelen van technische infrastructuur.

Leeflang zegt: “Iedereen is zich ervan bewust dat het anders moet” en geeft aan dat er nog niets definitief is, maar dat er deze zomer bij het ministerie van OCW gewerkt wordt aan een “bouwcharter” over de toekomst van de omroep systeem. Hij voegt eraan toe dat de bezuinigingen ook gevolgen zullen hebben voor de lineaire programmering: “Het zijn grote offers, met gevolgen voor het personeel, en daar moet met grote voorzichtigheid mee worden omgegaan.”

Ondanks de uitdagingen blijft Leeflang optimistisch over de digitale toekomst van de NPO. Hij stelt: “Ook wij moeten doorgaan met de digitale transitie, die aanzienlijke investeringen vergt.”

De bezuinigingen zullen waarschijnlijk leiden tot veranderingen in de programmering en een grotere nadruk op samenwerking tussen omroepen. “Wat samen kan, moet ook echt samen gebeuren. Nu doen we dat nog heel weinig”, zegt Leeflang. Hij benadrukt dat programma’s als drama en fictie ondanks de hoge kosten nog steeds belangrijk zijn: “Drama en fictie zijn ontzettend duur, maar erg belangrijk.”

Leeflang geeft in het interview aan dat de publieke omroep onmisbaar blijft voor het verstrekken van betrouwbare informatie, maar dat er forse veranderingen en bezuinigingen op komst zijn. “We hebben hard gepusht”, zegt hij, waarmee hij aangeeft dat de NPO zal blijven vechten voor haar publieke taak, ook in een veranderend mediaklimaat.

Bron: De Gooi en Eemlander