Dordrecht en Arnhem verontschuldigen zich voor hun slavernijverleden

DORDRECHT/ARNHEM – Burgemeester Wouter Kolff van Dordrecht en burgemeester Ahmed Marcouch van Arnhem hebben zondagmiddag namens hun stadsbestuur excuses aangeboden voor het slavernijverleden. Beide steden deden dit tijdens de Keti Koti-bijeenkomsten.

Tijdens de bijeenkomst in Dordrecht sprak burgemeester Kolff namens het huidige gemeentebestuur van de oudste stad van Nederland. Hij verontschuldigde zich voor de rol die het stadsbestuur sinds de 16e eeuw in de slavernij heeft gespeeld en erkende dat het stadsbestuur destijds een belangrijke rol speelde in de transatlantische slavenhandel en de uitbuiting van slaven. Kolff benadrukte dat hij burgemeester is van alle inwoners van Dordrecht, ongeacht hun standpunt over de verontschuldiging. Hij sprak de hoop uit dat deze excuses de nog steeds pijnlijke wonden zullen helpen genezen.

In Arnhem bood burgemeester Marcouch namens het gemeentebestuur zijn excuses aan tijdens een bijeenkomst in park Zypendaal. De gemeente Arnhem deed al ongeveer anderhalf jaar onderzoek naar het slavernijverleden in de stad.

“Het valt niet te ontkennen dat het stadsbestuur van Arnhem eeuwenlang actief en direct heeft deelgenomen aan de oprichting, uitbreiding en exploitatie van een inhumaan economisch systeem gebaseerd op slavernij en slavenhandel”, aldus Marcouch. Namens het gemeentebestuur bood hij de nabestaanden zijn oprechte excuses aan. De burgemeester merkte op dat Arnhem, na veel onderzoek en gesprekken over de gevolgen van de slavernij, nu “heel goed begrijpt” waarom deze excuses nodig zijn. Met de opbrengsten van de slavernij zijn in Arnhem veel landgoederen en villa’s gebouwd.

Beide burgemeesters sloten zich aan bij een groeiend aantal steden en provincies die zich hebben verontschuldigd voor hun rol in de slavernij. Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Groningen, Utrecht, Vlissingen, Middelburg en de provincies Zuid-Holland en Zeeland hebben dat al gedaan. Ook werd bekend dat Arnhem een ​​monument wil oprichten in park Zypendaal.

18