RTV Maastricht – Het kabinet vraagt ​​de provincie 36,7 miljoen euro terug te geven na het falen van de sneltramlijn Maastricht-Hasselt

De regering ziet zich genoodzaakt de 36,7 miljoen euro terug te vorderen die via het Regionaal Actieprogramma Openbaar Vervoer (AROV) aan de provincie Limburg is toegekend voor de aanleg van de snelle tramlijn Hasselt-Maastricht.

Dat zegt demissionair minister Mark Harbers in antwoord op vragen van GroenLinks, PvdA-Kamerlid Habtamu de Hoop.

Terugbetaald
Via de AROV-overeenkomst die het kabinet in 2010 met de provincie Limburg ondertekende, werd 36,7 miljoen aan Limburg toegekend. Dit geld zou worden gebruikt voor de aanleg van de snelle tramverbinding die Hasselt en Maastricht zou verbinden. De middelen zijn via een Brede Doelstelling beschikbaar gesteld aan de provincie Limburg. Het tramproject Hasselt – Maastricht gaat niet door. Eind 2022 zette de gemeente Hasselt eenzijdig een punt achter het project, waarin al enkele miljoenen geïnvesteerd waren. De provincie Limburg en de gemeente Maastricht hebben al 22,6 miljoen geïnvesteerd. Harbers beweert dat Vlaanderen, de noordelijke regio van België, al drie miljoen heeft terugbetaald.

Andere projecten
Eind 2023 heeft de provincie Limburg verzocht het geld te mogen inzetten voor andere regionale projecten. Ook voor het Nederlandse deel van het tramproject nam de provincie de financiële en substantiële verantwoordelijkheid op zich. De doelstellingen uit het AROV-akkoord zijn niet gerealiseerd. Dat doel was: het verbeteren van de regionale bereikbaarheid. De hiervoor beschikbaar gestelde 36,7 miljoen moet daarom worden teruggegeven aan het ministerie.

Gesprekken
Het ministerie blijft met Limburg in gesprek over andere vervoersvraagstukken en mogelijkheden om de bereikbaarheid in de regio te verbeteren. Ook worden de financiële problemen en obstakels geanalyseerd die de verbetering van de regionale bereikbaarheid in de weg staan.