Kabinet aanvaardt intrekking besluit kinderhartchirurgie: ‘Het is erg dat een rechter dit besluit neemt’

Het kabinet aanvaardt het besluit van de rechter om de voorgenomen concentratie van kinderhartchirurgie in Groningen en Rotterdam ongedaan te maken. Dat maakte de demissionair minister van Gezondheidszorg, Pia Dijksta (D66), woensdag bekend.

Vorig jaar besloot toenmalig minister van Volksgezondheid Kuipers dat de zorg voor patiënten met een aangeboren hartafwijking geconcentreerd moest worden in het UMCG en het Erasmus MC in Rotterdam. De kinderhartcentra van het Leids UMC/Amsterdam UMC en UMC Utrecht sluiten in 2025.

Deze drie ziekenhuizen accepteerden dit niet en stapten naar de rechter. In een kort geding werden ze afgewezen, maar in het daaropvolgende inhoudelijke proces oordeelde de rechter vorige maand in hun voordeel. Het besluit werd bij het UMCG met gemengde gevoelens ontvangen.

De discussie ging onder meer over de volumenorm: hoeveel kinderhartoperaties zijn er jaarlijks nodig in een ziekenhuis om de kwaliteit van zorg op peil te houden?

Operaties en andere ingrepen bij kinderen met een aangeboren afwijking zijn relatief zeldzaam. Bovendien gaat het bij deze behandelingen om ingewikkelde behandelingen die slechts een beperkte groep specialisten goed beheerst. Het zijn er te weinig om vier kinderhartcentra overeind te houden. Daarover zijn alle betrokken partijen het eens.

Maar ziekenhuizen zijn het nooit eens geworden over welke kinderhartcentra moeten sluiten. Aanvankelijk wilde Kuipers de centra van Rotterdam en Utrecht openhouden. Na een storm van protesten vanuit het UMCG en onder druk van de Tweede Kamer kwam hij terug op zijn aanvankelijke besluit. Het Groningse centrum mocht open blijven en het Utrechtse centrum moest sluiten.

Dan zal niets van dat alles gebeuren. Nu er geen beroep meer is, lijkt alles weer bij af te zijn. Dijkstra is hier niet blij mee. In een schriftelijke reactie laat Dijkstra weten dat hij het “erg vindt dat een rechter in deze uitspraak heeft moeten ingrijpen.” We hebben allemaal hetzelfde doel voor ogen: de beste zorg voor patiënten, nu en in de toekomst.

Hij hoopt dat de vijf universitaire ziekenhuizen op korte termijn gezamenlijk concrete maatregelen zullen nemen om te kijken hoe de interventie bij kinderen met aangeboren hartafwijkingen ‘op de best mogelijke manier’ kan worden georganiseerd.

De academische ziekenhuizen in Leiden, Utrecht en Amsterdam zijn blij met de hulp van de minister. “Als UMC gaan we nu verder in gesprek over hoe we in de toekomst gezamenlijk de kwaliteit en toegankelijkheid van de kinderhartchirurgie kunnen waarborgen”, zeggen ze in een gezamenlijke reactie. De koepelorganisatie voor academische ziekenhuizen, de NFU, werkt aan een voorstel en meldt: “De UMC’s in Nederland hebben de wens geuit om samen het raadsel van de concentratie van kinderhartchirurgie op te lossen.”