‘Het blokkeren van de aardwarmteboorkop brengt geen financiële risico’s met zich mee’

Dat schrijven burgemeester en wethouders naar aanleiding van schriftelijke vragen van CDA en VVD. Deze wedstrijden zijn gepresenteerd naar aanleiding van een eerder artikel van Omroep Delft over de situatie rond aardwarmte of warmte. Eind vorig jaar kwam ook de verstopping van een boorkop aan het licht.

Nieuwe injectieput

Omroep Delft maakte melding van de zorgen van het Staatsmijntoezicht over dit boorincident. Deze nationale toezichthouder wilde allereerst garanties hebben dat mislukte boringen onder de Wippolder niet zouden leiden tot vermenging van waterstromingen op verschillende dieptes.

Ook meldde de omroep dat het noodzakelijk was om een ​​nieuwe ‘injectieput’ te boren, bedoeld voor de injectie van diep, gekoeld grondwater. Het bevindt zich nu onder de Botanische Tuin en de Julianalaan, in plaats van nabij Oostpoort. De zorg van CDA en VVD is dat de nieuwe ‘injectieput’ onder de Wippolder wat dichter bij de oorspronkelijke heet grondwater ‘winput’ onder de woonwijk Emerald in Delfgauw ligt.

Verwaarloosbaar

Brengt de iets verkorte afstand tussen de winput en de retourput als gevolg van het boorincident de efficiëntie van de geothermiebron niet in gevaar, omdat warm en koud water zich sneller kunnen vermengen? Dit is wat de twee fracties van de raad wilden weten. Ze vreesden dat de warmtebron daardoor minder lang bruikbaar zou zijn. Dit zou kunnen betekenen dat de miljoenen die zijn geïnvesteerd in het Delftse aardwarmteproject niet kunnen worden terugverdiend, zeggen ze. B en W schrijven daar nu over: “Consortiumexperts vertellen ons dat de afstandsreductie zo klein is dat het effect verwaarloosbaar is.”

Het ‘consortium’ waar hier over gesproken wordt is Geothermie Delft. Het gaat om een ​​samenwerkingsverband tussen de TU Delft en Shell, het staatsenergiebedrijf EBN en het boor- en productiebedrijf Aardyn. Dit zijn de partners achter het plan om heet grondwater uit de ondergrond van Delfgauw te gebruiken om een ​​groot deel van de stad van milieuvriendelijkere aardwarmte te voorzien.

“Verwaarloosbaar” is wat B en W het effect noemen van het enigszins benaderen van de “productieput” en de injectieput. Ze schrijven dat er “geen nieuwe financiële risico’s” zijn en dat er momenteel geen twijfel bestaat over de “winstgevendheid”.

Niet uitzonderlijk

Burgemeester en wethouders melden ook de zorg van CDA en VVD dat het blokkeren van een bit niet uitzonderlijk is: “Boren in de diepe ondergrond is complex en niet altijd succesvol.” Ze wijzen er ook op dat de nog vastzittende boorkop en het eerste mislukte gat vrij klein zijn: 30 centimeter in diameter. De gemeente zet vraagtekens bij het aanvankelijk door de Rijksmijnen gevreesde beeld dat er inmiddels een ‘open gat’ in de ondergrond van Oostpoort en Wippolder zit: ‘De put is afgesloten met betonpluggen.’ Deze bevinden zich op verschillende diepten en zijn elk 50 tot 120 meter lang.

Beweging en zinken

Ook burgers hebben geen reden om bang te zijn voor trillingen, zeggen B en W: “Het geothermische consortium meet ze met zeer gevoelige apparatuur die bewegingen waarneemt die wij niet kunnen voelen. Als de grondbeweging te groot is, wordt de warmteproductie verminderd of gestopt. Het Staatstoezicht op de Mijnen is hierbij toezichthouder.”

Burgemeester en wethouders zijn ook niet bang voor sinkholes. Het aardwarmteproject in Delft kan dankzij het warme grondwater uit de ondergrond van Delfgauw zo’n 30 jaar meegaan. Gedurende deze periode bedraagt ​​de natuurlijke bodemdaling ongeveer 4 centimeter. “De daling als gevolg van het boren naar geothermische energie voegt ongeveer 4 millimeter toe aan dit cijfer”, aldus B en W.

Naar verwachting krijgt zij vóór de zomer toestemming van het Ministerie van Economische Zaken voor de start van het aardwarmteproject in Delft.