Extra geld voor de inspanningen van gemeenten op het gebied van de energie-infrastructuur

Ontwikkeling van gedecentraliseerde energie-infrastructuur.

Als gevolg van de toenemende netcongestie zijn de gedecentraliseerde autoriteiten afgelopen najaar begonnen met het in kaart brengen van de energie-infrastructuur in relatie tot de ruimtelijke ontwikkeling van energiedepartementen per provincie. Dit proces van geïntegreerde programmering van de energie-infrastructuur moet leiden tot een provinciale energievisie. Op basis hiervan kiest het provinciale Meerjarenprogramma Infrastructuur, Energie en Klimaat (pMIEK) welke projecten prioriteit krijgen om op het elektriciteitsnet aan te sluiten.

Financiële steun

Om hieraan te (blijven) werken, krijgen gemeenten nu extra financiële steun. Omdat energie-infrastructuurplannen een grote ruimtelijke belasting op de leefomgeving leggen, heeft de VNG ook extra capaciteit aangevraagd voor de ruimtelijke inpassing van infrastructuur.

Extra middelen zijn bedoeld om mensen aan te trekken naar:

1. Ondersteuning bij de energievisie en het pMIEK-proces:

• Zorg ervoor dat kansen voor lokale oplossingen op passende wijze worden meegenomen in overwegingen op provinciaal niveau.

• en dit vertalen naar de impact die deze plannen hebben op de gemeenten

2. Incidentie van de gemeenten in de energietabel

3. Ondersteuning van (versnelling van) de ruimtelijke integratie van energie-infrastructuur

Als er nog ruimte voor is, kan dit geld ook worden ingezet ter ondersteuning van de oprichting van energiecentra, lokale programmering en kennisdeling.

In de circulaire van mei wordt dit geld als ‘RES-uitkering’ uitbetaald aan de centrale RES-gemeenten. Deze extra financiële bijdrage staat los van de discussie die de VNG voert met de overheid over de benodigde aanvullende financiering naar aanleiding van het ROB-advies.