close
close

Regeringen verwachten €6,8 miljard aan motorrijtuigenbelasting


Foto: Sittard-Geleen.nieuws.nl

Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verwachten het kabinet en de provincies dit jaar gezamenlijk € 6,8 miljard aan motorrijtuigenbelasting te innen.

Dit is 6,6 procent meer dan in 2023. Behalve Groningen en Drenthe verhogen alle provincies de zogenaamde aanvullende motorrijtuigenbelastingtarieven.

Het kabinet verwacht in 2024 ruim 4,9 miljard euro aan motorrijtuigenbelasting te ontvangen, zo’n 7,5 procent meer dan het jaar ervoor. De wegenbelasting, zoals de motorrijtuigenbelasting in de volksmond bekend staat, bestaat uit twee delen: een rijksdeel en een provinciaal tarief. Hierdoor verschilt de belasting ook per provincie.

Het tarief van de wegenbelasting, exclusief provinciebelasting of toeslagen, is met circa 10 procent gestegen. Belastingmaatregelen, zoals de vrijstelling voor gedeeltelijk of volledig elektrische voertuigen, hebben een dempend effect op de verwachte inkomsten.

Bij de provincies is de stijging het grootst in Noord-Holland. Daar gaat het tarief omhoog van 67,9 procent naar 77,4 procent. Ondanks deze stijging kent Noord-Holland nog steeds het laagste opslagtarief van alle provincies. Zuid-Holland heeft het hoogste percentage: 98,7 procent. In totaal verwachten de provincies bijna 1,9 miljard aan verkeersbelastingen te innen, ruim 4 procent meer dan in 2023.

Inwoners van Zuid-Holland en Gelderland betalen het grootste deel van de motorrijtuigenbelasting. In 2024 bedraagt ​​de wegenbelasting in deze twee provincies voor een benzineauto van 1.200 kilogram 716 euro. Een jaar eerder was dit in Zuid-Holland 668 euro en in Gelderland 660 euro. Inwoners van Noord-Holland betalen 656 euro voor een soortgelijke auto. In Utrecht, Overijssel, Limburg, Noord-Brabant en Flevoland kost het 672 euro. ANP en LokaalFocus.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *