close
close

Er begint onderzoek naar de snelle detectie van infecties door antibioticaresistente bacteriën

De VRE-bacterie, waarvan de volledige naam vancomycine-resistente Enterococcus faecium is, is een bacterie die van nature in de darmen voorkomt en niet gevaarlijk is voor gezonde mensen. Maar bij mensen met een sterk verminderde weerstand, zoals patiënten die chemotherapie, stamceltherapie of kunstmatige beademing krijgen, kan de bacterie levensbedreigende infecties veroorzaken. Bacteriën verspreiden zich door direct contact, maar kunnen ook lang overleven op voorwerpen zoals een ziekenhuisbed of een nachtkastje. Momenteel duurt het vier dagen om vast te stellen of iemand besmet is met VRE in de darm. Snelle detectie voorkomt dat uitbraken te groot worden en vermindert en verkort onnodige isolatie van patiënten. Onder leiding van Wil van de Zwet, medisch microbioloog bij MUMC+, gaan de onderzoekers sneltesten ontwikkelen en testresultaten analyseren, maar gaan ze ook aan de slag met feces in afvalwater.

Snelle test

Momenteel wordt bij het MUMC+ een VRE-infectie vastgesteld met behulp van vier uitstrijkjes van de anus, die twee tot vier dagen worden gekweekt. In afwachting van de uitslag worden patiënten waarvan wordt vermoed dat ze besmet zijn met VRE uit voorzorg in een isolatiekamer behandeld. Zodra bekend is welke VRE-variant in omloop is, kan voor die specifieke variant een sneltest worden uitgevoerd, waarbij de uitslag de volgende dag bekend is. Het maken van zo’n sneltest duurt doorgaans enkele weken. Daarom gaat het onderzoeksteam een ​​‘toolbox’ creëren met sneltesten voor de zes meest voorkomende varianten. Patiënten die negatief testen, kunnen de isolatie sneller verlaten en er blijven isolatiekamers beschikbaar voor patiënten die daadwerkelijk besmet zijn of aan een andere infectieziekte lijden.

Moment

Daarnaast gaan onderzoekers bepalen wat het meest geschikte moment is om te controleren of iemand de VRE-bacterie niet meer bij zich draagt. Omdat onduidelijk is hoe lang het duurt voordat iemand van de bacterie af is, hanteert elk ziekenhuis een andere periode om de test te herhalen. Dit brengt risico’s met zich mee: onvoldoende testen kan leiden tot een onnodige uitbraak, terwijl te veel testen leidt tot onnodig lange isolatieperiodes en hogere kosten. Om de optimale periode te bepalen waarin met zo min mogelijk tests kan worden vastgesteld of iemand niet meer besmet is, analyseren de onderzoekers uitstrijkjesgegevens van een groot aantal Nederlandse ziekenhuizen.

rioolwater

Onderzoekers bestuderen ook andere methoden om uitbraken vroegtijdig te identificeren. Zo onderzoeken ze of er in afvalwater een vroege toename van besmettingen kan worden geconstateerd, zoals bij COVID-19 gebeurt. Als de aanwezigheid van VRE-bacteriën in afvalwater kan worden aangetoond en representatief blijkt te zijn voor het aantal infecties in het ziekenhuis, zou dit kunnen dienen als vroeg waarschuwingssignaal om patiënten te testen en verdere verspreiding te voorkomen.

antibiotica

Omdat het niet haalbaar is om bij opname alle patiënten op VRE te testen, onderzoekt het team ten slotte of specifieke patiënten die antibiotica krijgen een mogelijke bron van VRE-uitbraken zijn. Antibiotica worden ervan verdacht de groei van deze antibioticaresistente bacteriën te bevorderen, omdat ze de concurrentie van darmbacteriën die gevoelig zijn voor antibiotica verminderen. Daarom gaan onderzoekers bepalen of het aantal VRE-bacteriën in de ontlasting na antibioticabehandeling hoger is dan vóór de behandeling.

ZonMW kende voor dit onderzoek subsidie ​​toe aan onderzoekers van Maastricht UMC+, Rijnstate, UMC Groningen, RIVM en Elizabeth-TweeSteden Ziekenhuis.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *