Politiechef Anko Lange verruilt Drenthe voor Groningen

Lange, geboren in Winschoten, is er al van kleins af aan mee bezig. Bij straatspelen was hij nooit de slechterik, altijd de politieagent. Waar komt het vandaan? Lange denkt aan zijn vader, die bouwvakker was. “Mijn vader bewonderde ze. Het gezag dat de politie uitstraalt. Hij zag het echt als een instituut. Je maakt tenminste je handen niet vuil aan de politie”, zei hij.

De bewondering van zijn vader is Lange bij gebleven. “Het is een beroep met betekenis, de politie maakt het verschil.” Voor Lange is haar toekomstige carrière snel een uitgemaakte zaak.

Op 23-jarige leeftijd begon hij bij de Nationale Politie en daarna bij de gemeentepolitie Hoogezand. In 2014 nam hij de functie over van teamleider van het basisteam Noord-Drents. Onder meer nieuwsgierigheid bracht hem ertoe in een andere provincie te gaan werken. Maakte dat een groot verschil? “In Drenthe is het relaxter. In Groningen is het directer. Als je iets niet leuk vindt, zeg je dat gewoon.”

Bij hun eerste ontmoeting in Drenthe was de sfeer ontspannen. “Veel knikken zijn het eens met mijn verhaal.” Voor Lange was het bijna een bananensplit. “Ik dacht: waar zijn de camera’s? Dan kom je er achter dat hier niet alles direct gesproken wordt.” Het was even wennen aan de typisch veralgemeniseerde Drentse mentaliteit.

Als teamleider in Drenthe, eerst in het noorden en daarna in het zuidoosten, krijgt hij te maken met een verandering in het politiewerk. Zo wil de politie dat burgers vaker misdaden online melden. Het idee is om ruim de helft van de vierhonderd kantoren in Nederland te sluiten, wat een enorme kostenbesparing betekent. Er werd overwogen om de kantoren in Assen, Gieten, Vries en Beilen te sluiten, maar uiteindelijk is tot nu toe alleen Assen gesloten.

Vorig jaar werd bekend dat het politiebureau Klazienaveen zou verdwijnen en dat er een postje zou terugkeren. Het nieuws veroorzaakte opschudding onder bewoners en lokale politici. Een politiebureau verhoogt het gevoel van veiligheid, garandeert korte wachtrijen en ook aankomsttijden, zo luidde de kritiek.

Volgens Lange zeggen de stenen niet alles over de aanwezigheid van de politie. “In het zuidoosten van Drenthe staan ​​in alle grote centra politiegroepen: drie in Emmen, twee in Klazienaveen en één in Exloo en Coevorden. Er is geen vaste toegangsdeur meer. In dit geval wordt er een afspraak gemaakt bij een steunpunt.” De agenten zijn vooral op straat aanwezig. “En daarom zitten ze niet de hele tijd aan een bureau.”

De druk op de politiecapaciteit is een ander probleem waarmee Lange te maken kreeg. Zo moesten regionale agenten helpen tijdens de coronademonstraties in het westen. Tegelijkertijd vroeg de overlast van veilige landingsvoertuigen om de nodige aandacht. Er zijn steeds meer evenementen in Emmen. Dit zijn allemaal zaken die de capaciteiten van de politie op de proef stellen.

Volgens Lange is dit een oud probleem. “Er zijn altijd meer banen geweest dan mensen beschikbaar zijn. Daarom moeten we de juiste beslissingen nemen. De hoofdtaken van de politie zijn opsporing, de inzet van de lokale politie, dienstverlening en het afhandelen van klachten. Al het overige heeft niet de eerste prioriteit “.

Neem bijvoorbeeld de evenementenbeveiliging, zegt Lange. “Is dit echt onderdeel van ons proces? Of ligt de verantwoordelijkheid meer bij de aanvrager, die hier zelf voor zorgt? Ook moeten we leren leven met het feit dat niet alle fietsendieven opgepakt kunnen worden.”

Vorig jaar werd bekend dat de drie gemeenten in Zuidoost-Drenthe samen met de politiechef een oproep aan de minister voorbereiden. Volgens deze partijen is het noodzakelijk om het aantal agenten uit te breiden.

Lange: ‘De rigiditeit op de arbeidsmarkt helpt ook niet mee. De urgentie neemt toe. Van de kant van de overheid heeft de politie in Noord-Nederland recht op meer agenten. En die zullen er ook komen. megaklassen van vierhonderd officieren… De nieuwe klasse moet ook geleid worden. Het is een hele organisatie.”