close
close

Kathleen Gregory ontvangt een Veni-subsidie ​​om de duurzaamheid van open data-infrastructuren te onderzoeken

Tijdens de COVID-19-pandemie zijn overal gegevens over deze ziekte naar voren gekomen, maar hoe zullen deze gegevens in de toekomst worden beheerd en openlijk beschikbaar worden gehouden, zodat ze bruikbaar blijven? We spraken Kathleen Gregory, onderzoeker bij het Centre for Science and Technology Studies (CWTS), die deze vraag gaat onderzoeken in een nieuw project dat zojuist een Veni-subsidie ​​heeft ontvangen.

Kathleen Gregory

Allereerst gefeliciteerd met het ontvangen van deze subsidie! Hoe reageerde u toen u het nieuws voor het eerst hoorde?

“Bedankt! Eerlijk gezegd vond ik het nieuws moeilijk te verwerken. Toen ik het bericht voor het eerst ontving, was ik op een retraite van het Research Institute midden op het Engelse platteland. Mijn gedachten waren bezig met andere onderzoeksprojecten; dus ik Ik had wat tijd nodig om het roer om te gooien en opnieuw na te denken over mijn idee voor Veni. Achteraf denk ik dat dit de perfecte plek was om de boodschap te ontvangen, omdat ik even de tijd had om het goede nieuws te verwerken voordat ik weer tot leven moest komen.

Waar ging uw onderzoek tot nu toe over?

“De rode draad in mijn werk is een interesse in de manier waarop wetenschappelijke informatie (van welke aard dan ook) wordt geproduceerd, gecommuniceerd, begrepen en gebruikt. Dit komt deels voort uit mijn eigen ervaring in academische bibliotheken in de Verenigde Staten en Duitsland, maar is uitgegroeid tot iets dat onderwerpen omvat die verband houden met open science, onderzoeksdatamanagement en onderzoeksevaluatie. In mijn PhD heb ik gekeken naar hoe onderzoekers data ontdekken en hergebruiken om bijvoorbeeld de ontwikkeling van datazoekmachines te ondersteunen. Ik heb ook gewerkt aan projecten waarin andere gerelateerde praktijken worden onderzocht, zoals het visualiseren of citeren van gegevens. Meer recentelijk ben ik betrokken geweest bij projecten die verband houden met onderzoeksevaluatie, bijvoorbeeld met de vraag hoe ‘peer review’ wordt uitgevoerd op verschillende gebieden van academisch werk of het onderzoeken van de ‘onderzoeksgegevens’ die worden gebruikt om academische evaluaties uit te voeren.’

Kunt u ons meer vertellen over de Veni-subsidie ​​die u heeft ontvangen?

“De Veni-beurs, onderdeel van het talentprogramma van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), biedt financiering aan beginnende onderzoekers om creatieve en innovatieve projecten uit te voeren. Deze subsidie ​​dekt drie jaar van mijn onderzoekstijd en zal mij helpen diepgaande samenwerkingen tot stand te brengen met nationale en internationale partners en collega’s. “Het geeft mij ook de vrijheid om mijn persoonlijke onderzoeksagenda verder te definiëren en uit te breiden.”

Wat bent u van plan te onderzoeken met behulp van deze subsidie?

“Met deze subsidie ​​kan ik kritisch kijken naar een urgente uitdaging, namelijk… duurzaamheid van open data-infrastructuren. Tijdens de COVID-19-pandemie werd een enorme hoeveelheid data gecreëerd, opgeslagen en beschikbaar gesteld op verschillende platforms. Weet je nog dat we gegevens over onze symptomen verstrekten met behulp van apps op je telefoon en overheidsdashboards controleerden voor de nieuwste cijfers? Wat gebeurt er nu de pandemie voorbij is met deze verschillende vormen van gegevens en de infrastructuur die wordt gebruikt om deze te verzamelen en op te slaan? Zal deze worden gehandhaafd en zullen de gegevens in de toekomst nuttig zijn? Mijn onderzoek richt zich op de duurzaamheid van dit soort data-infrastructuren in academisch onderzoek, overheden en burgerwetenschap. Hoewel COVID-19 een ideaal geval is om de dynamiek van open data-infrastructuren te bestuderen, is de kwestie van duurzaamheid veel groter en van toepassing op vrijwel alle soorten data.”

. “Kritisch onderzoek naar open science is nodig om volledig te begrijpen hoe het in verschillende contexten kan worden geïmplementeerd.”

Heeft dit project betrekking op open science?

“Ja, dit project maakt deel uit van het bredere debat over open science en erkent dat open science een complex fenomeen is dat zich niet alleen beperkt tot de academische wereld, maar daadwerkelijk op verschillende plaatsen voorkomt (bijvoorbeeld bij overheden en burgerwetenschap). “Hoewel ik een groot voorstander (en beoefenaar!) ben van open science, geloof ik ook dat kritisch onderzoek naar open science noodzakelijk is om volledig te begrijpen hoe deze in verschillende contexten wordt geïmplementeerd.”

Welke samenwerkingsmogelijkheden kunnen er dankzij de subsidie ​​nu ontstaan?

“Een van de meest interessante aspecten van dit project is de mogelijkheid om samen te werken met CWTS-onderzoekers en met mensen die in het veld werken aan de verschillende data-infrastructuren die ik ga bestuderen en die belangrijke partners in het onderzoek zullen zijn. De interdisciplinaire onderzoeksexpertise die bij het CWTS beschikbaar is, biedt een vruchtbare ruimte voor samenwerking tussen de drie focusgebieden: Informatie en Openheid, Betrokkenheid en Inclusie, en Evaluatie en Cultuur. “Ik kijk er ook naar uit om samen te werken met collega’s van de Universiteit Leiden om te experimenteren met nieuwe methoden, en met internationale partners die werken aan data-infrastructuren.”

Wat denkt u dat de impact van dit onderzoeksproject zal zijn?

“Naast nieuwe empirische inzichten wil dit onderzoek inzicht bieden in de manier waarop gegevens worden verzameld in de academische wereld, overheden en burgerwetenschappelijke projecten. Het tweede doel is om gezamenlijk aanbevelingen te ontwikkelen voor het onderhouden van open data-infrastructuren. Ten slotte heeft het project tot doel het vaak onzichtbare werk dat verband houdt met datastewardship (COVID-19) zichtbaarder te maken voor een breed publiek door middel van een reeks unieke datavisualisaties, geïnspireerd op andere kaarten, die gedurende het hele project zullen worden geproduceerd.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *