Nieuwe aanpak diabetes type 2: ‘De helft van de patiënten kan zonder pillen leven’

De standaardrichtlijnen voor huisartsen schrijven al voor dat mensen met diabetes op volwassen leeftijd eerst aan hun voeding en levensstijl moeten werken. Maar in de praktijk wordt vrijwel altijd gestart met medicatie. Dit helpt de symptomen van de ziekte onder controle te houden, maar veroorzaakt veel ongemak en bijwerkingen.

Een week les

“Er was eigenlijk geen handleiding voor het afbouwen van medicatie”, zegt huisarts en voorzitter van de Medische en Leefstijlvereniging Tamara de Weijer. “En huisartsen hebben in hun negenjarige opleiding wellicht een week lang voedings- en leefstijllessen gekregen.”

Terwijl het verminderen van de medicatie voor patiënten met diabetes type 2 miljarden kan besparen. TNO berekende in 2016 dat als 40 procent van deze patiënten geen medicijnen meer hoeft te gebruiken, er de komende vijf jaar € 2,7 miljard wordt bespaard. De winst op het gebied van ziekte- en arbeidsongeschiktheidsverzuim is daarbij niet eens meegerekend.

Continue opleiding

Daarom schreef De Weijer dit soort instructies voor zijn collega-huisartsen in samenwerking met het Langerhans Instituut. Het eerste exemplaar wordt vandaag overhandigd aan Tweede Kamerleden Corine Ellemeet (GroenLinks) en Arno Rutte (VVD) tijdens een debat over de toekomst van de gezondheidszorg.

“Met voedings- en leefstijladviezen kan zeker de helft van de type 2-diabetici stoppen met het innemen van hun medicijnen, misschien wel driekwart”, zegt De Weijer. Aan de handleiding zijn aanvullende trainingen gekoppeld, die ondersteund worden door zorgverzekeraar VGZ en vanaf begin november gegeven zullen worden. Huisartsen en consultatieassistenten kunnen zich hier nu voor inschrijven.

Via huisartsen

“We hebben in Uden een test gedaan: diabetes omkeren”, vertelt Dennis Verschuren van VGZ. “Mensen met diabetes type 2 begonnen onder begeleiding van trainers en huisartsen hun voeding en levensstijl te verbeteren. Bijna één op de vier patiënten kon toen zonder medicijnen leven.”

Dat programma zou nooit 1,2 miljoen mensen kunnen bereiken, zegt Verschuren. “Daarom vinden wij het belangrijk dat zoiets via huisartsen gebeurt. Daar melden mensen zich immers het eerst.”