close
close

Advies | Als het om Gaza gaat, is de universiteitsbestuurder ineens niet meer zo sociaal rechtvaardig

Beelden van studenten die al meer dan een week sit-ins voor Palestina organiseren aan Columbia University en andere grote Amerikaanse universiteiten doen denken aan vergelijkbare beelden van de Vietnamprotesten in de jaren zestig. Ook de reacties van universiteitsraden zijn vergelijkbaar. Om de opstand te onderdrukken sluiten ze gebouwen, vragen ze de politie om studenten te arresteren en delen ze links en rechts schorsingen uit. Zo is Gaza een test geworden voor de vrijheid die studenten en personeel hebben om zich in te zetten voor sociale rechtvaardigheid.

Het is gemakkelijk om de draconische maatregelen van de Columbia-bestuurders af te doen als een typisch Amerikaanse overdreven protestreactie. Bestuurders van Nederlandse universiteiten hebben de afgelopen maanden echter regelmatig hetzelfde instrumentarium ingezet. De Universiteit van Amsterdam sloot in januari een heel universiteitsgebouw omdat vijftig studenten buiten de deur demonstreerden. Aan het begin van de oorlog achtervolgden beveiligers van de Universiteit Leiden deelnemers aan een doceert in door het centrum van Den Haag. In februari versoepelde de Vrije Universiteit na maanden van getouwtrek eindelijk haar repressieve beleid ten aanzien van academische bijeenkomsten in Gaza, maar in ruil daarvoor riep zij diezelfde week de politie op tegen een vreedzame studentensit-in. De decaan van het Amsterdam University College heeft strafmaatregelen genomen tegen studenten die deelnamen aan de protesten.

Terwijl Gaza brandt, praten regeringen alleen over wet en orde in hun eigen instellingen

Het is des te opmerkelijker dat universiteitsbestuurders zo gemakkelijk hun toevlucht nemen tot repressie, gegeven het feit dat westerse universiteiten zo bereid zijn trots te zijn op hun publieke uitspraken over hun sociale participatie, hun openheid en hun diversiteit, en hun inzet voor sociale rechtvaardigheid bekend te maken. Zelfs activistische wetenschap is geen vies woord als het gaat om ‘veilige’ kwesties als klimaat of emancipatiebeleid. Gaza laat zien hoe moedig deze vorm van inzet voor sociale rechtvaardigheid is. Wanneer activisme botst met macht en gevestigde opvattingen, omarmen universiteitsbestuurders een conservatieve viering van ‘neutraliteit’, waardoor de ruimte voor debat en protest kleiner wordt. Terwijl Gaza brandt, praten ze alleen over wet en orde in hun eigen instellingen. In het licht van de huidige gebeurtenissen ervaren zij de logische eis om de banden te verbreken met bedrijven en instellingen die het militaire optreden van Israël mogelijk maken als een bedreiging voor hun vrijheid als directeuren om prioriteit te geven aan de commerciële belangen van hun instellingen. In het licht van de over het algemeen zeer weloverwogen en zeer gelezen kritiek van hun eigen studenten op Israël, plaatsen zij platitudes over ‘pijn en bezorgdheid’ over de toestand van de wereld.

Bescherm tegen antisemitisme

Zowel in de Verenigde Staten als in Nederland beroepen bestuurders zich op de plicht om Joodse studenten en medewerkers te beschermen tegen antisemitisme als rechtvaardiging voor actieve repressie. Die plicht bestaat inderdaad. Maar het bewijs dat de veiligheid van Joodse studenten en personeel aan universiteiten op grote schaal in het gedrang komt, is tot nu toe even schaars gebleken als bewijs ter ondersteuning van de Israëlische bewering dat UNRWA een dekmantel voor Hamas is. Tenzij universiteitsbestuurders het idee aanvaarden dat elke publieke steun voor de Palestijnse zaak per definitie gevoelens van onveiligheid zou moeten opwekken onder Joodse studenten en medewerkers. Door die redenering vertegenwoordigen de vele Joodse werknemers en studenten die zich elke dag inzetten tegen de criminele acties van Israël in Gaza geen ‘echte’ Joodse stem. De aangrijpende beelden van pro-Palestijns-joodse studenten die de betekenis van de Sedermaaltijd uitleggen aan demonstranten die aan het begin van Pesach bijeen waren op het terrein van Columbia University, kunnen niet worden verzoend met het verhaal dat repressie noodzakelijk is als verdedigingslinie tegen antisemitisme. . .

Angst voor reputatieschade

Veel belangrijker dan de angst voor antisemitisme lijkt de angst voor reputatieschade voor universiteitsbestuurders als hun instellingen het doelwit worden van sterke pro-Israëlische stemmen in de media en de politiek. In de Verenigde Staten en Nederland zijn deze stemmen soms Joods, maar minstens zo vaak conservatief of extreemrechts christelijk. Vooral vanuit deze laatste invalshoek liggen universiteiten in de hele westerse wereld bijna permanent onder vuur, omdat ze bastions zouden zijn van ‘wakker worden‘ en een overdaad aan links-activistisch rechtvaardigheidsgevoel.

Gaza is een brandpunt voor deze nauwelijks verhulde pogingen om externe politieke invloed uit te oefenen op academische instellingen. Dit maakt het tot een test van de bereidheid van bestuurders om hun eigen studenten en personeel te verdedigen, en van universiteiten als vrijplaats voor onderzoek, vrij van kritiek en sociaal compromis. Politieagenten op campussen in de Verenigde Staten en Nederland zijn het bewijs dat bestuurders in de hele westerse wereld momenteel niet voor deze test slagen.

Lees ook
Amerikaanse universiteiten onder grote spanning: angst dat studenten tijdens diploma-uitreikingen over de Gaza-oorlog zullen praten

Een pro-Palestijnse demonstratie maandag op het terrein van Columbia University in New York.


Klik op het vinkje naast ‘Ik ben geen robot’.






Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *