Dordrecht begon onderdanen van derde landen uit opvangcentra te deporteren

Derdelanders werden gehuisvest in twee stadskantoorgebouwen, Spuiboulevard 314-372 en Singel 271, die als onderkomen werden gebruikt omdat ze voorheen leeg stonden. Ze verlaten deze plekken ‘op eigen initiatief’, zegt de gemeente. “Eerst wordt hen gevraagd de plaats te verlaten. Alleen als ze dat niet doen, zet de politie ze uit. Het eerste deel is vrijwillig, het tweede niet. Als ze weigeren vrijwillig te vertrekken, is er sprake van dwang door de politie.”

Het is niet bekend waar de vreemdelingen die de opvang al hebben verlaten, nu zijn gebleven. De gemeente Dordrecht zegt niet meer te kunnen garanderen dat mensen het land verlaten als ze de opvang verlaten.

Geen eindverklaring

Toen Rusland het land binnenviel, woonden onderdanen van derde landen in Oekraïne met een tijdelijke verblijfsvergunning. Zij vluchtten naar Nederland en kregen hier bescherming, net als alle andere vluchtelingen uit Oekraïne. Die overeenkomst liep op 4 maart af. Derdelanders kregen vervolgens vier weken de tijd om Nederland te verlaten.

De regering wil dat ze terugkeren naar hun land van herkomst, in afwachting van het einde van de oorlog. Tientallen vluchtelingen twijfelen hieraan. Rechters spreken elkaar tegen over de vraag of onderdanen van derde landen mogen blijven of vertrekken. De Raad van State, de hoogste rechtbank, heeft zich nog niet definitief over de kwestie uitgesproken.

Het is nog niet bekend welke gemeenten ook tot de ontruiming zullen overgaan en welke gemeenten in afwachting zijn van de uitspraak van de Raad van State.