close
close

Judith (54), uit Groningen, heeft de fast fashion achter zich gelaten. Nu daagt ze je uit om mee te doen. ‘Niet praten, maar doen’

Hoe vaak trek jij een shirt aan voordat je het weggooit? Gemiddeld is dit ongeveer zeven keer. Dan gaan we weer op zoek naar iets nieuws, de cyclus begint opnieuw. Daar moet verandering in komen, zegt oud-modeprofessor Judith van der Veen. “Dat punt hebben we niet bereikt door simpelweg oud textiel in de prullenbak te gooien.”

Als Judith van der Veen (54) morgen iets nieuws wil dragen, verdwijnt ze ‘s avonds naar haar zolder. Het dient als zijn atelier. De voormalig modedocent aan het Alfa College laat zich graag inspireren door de kleurrijke stoffen in de grote stoffenkast, door de rekken vol ingezamelde en ontvangen kleding, door de onafgemaakte projecten die hier en daar hangen, door de dressoirs vol knopen en ritsen. , ringen, koorden en riemen.

Van der Veen heeft voor volgend jaar een uitdaging gesteld: koop maximaal één keer per maand een tweedehands item en koop niets nieuws. Als ze Als je toch iets anders wilt dragen, kan ze een kledingstuk uit haar kast veranderen of een duik nemen in “de snoepwinkel” (of stoffenkast) om iets nieuws te maken met stoffen die ze al heeft.

Deze challenge is onderdeel van haar nieuwe podcast ‘Volle Kast’, waarmee ze anderen wil inspireren om bewuster met textiel om te gaan.

Hobby-winkelen

Van der Veen erft zijn passie voor mode niet van een vreemde. Haar moeder deed veel dingen zelf. “Ze kon echt alles: breien, haken, naaien”, vertelt Van der Veen. “En soms had ik een opwelling en opeens was ik de hele tijd aan het herbouwen. Toen liep de hele familie rond in patchworkjassen. Of hij maakte pakken van oude gordijnen, simpelweg omdat hij die stof zo mooi vond.”

Van der Veen heeft gezien hoe de mode-industrie dramatisch is veranderd. “Toen ik jong was, gingen we twee keer per jaar winkelen. Eén keer in de zomer en één keer in de winter”, herinnert hij zich. “En toen ik 25 jaar geleden begon met lesgeven, was er al veel mode. Maar het is niet te vergelijken met het huidige overschot. Winkelen is echt een hobby geworden.”

554 miljoen kilo wegwerptextiel

Dat is een groot probleem. Met de komst van de fast fashion industrie volgen nieuwe collecties in kledingwinkels elkaar snel op. De kleding is over het algemeen van slechte kwaliteit, consumenten worden snel moe en veel artikelen worden niet eens verkocht. Het resultaat: jaarlijks wordt in Nederland 554 miljoen kilo textiel weggegooid. Momenteel is de textielindustrie Na de fossiele grondstoffenindustrie is het de meest vervuilende industrie ter wereld.

Van der Veen vindt dat de mentaliteit rondom kledingshoppen moet veranderen. “Er is al genoeg textiel in de wereld. We ruimen niet alleen je kast op, gooien het oude textiel in de prullenbak en hopen er het beste van. Het gaat erom wat er daarna met hem gebeurt.’ Maar de grote vraag is: hoe maak je mensen hiervan bewust?

Duurzaam onderwijs

Volgens Van der Veen begint dit bij onderwijs. Zelf werkte ze in de klas aan het Alfa College als hoogleraar interieurontwerp en modestyling. “Vandaag leiden we de modeontwerpers van morgen op”, legt hij uit. “Het lijkt niet juist om onze studenten voor te bereiden op een baan in de fast fashion-industrie, terwijl daar zoveel mis mee is. “Dat willen wij niet meer.”

Nu werkt ze als coördinator van G-Rond, een initiatief van het Alfa College dat zich richt op een circulaire economie binnen de creatieve en maakindustrie. Om het bewustzijn te vergroten wil Van de Veen de duurzame textielketen naar Groningen halen. De onlangs geopende Textielhub is een eerste stap.

“Als je de textielrecyclingketen laat zien, vergroot je ook het bewustzijn”, denkt Van der Veen. Oud textiel, lokaal ingezameld door GoudGoed, wordt hier gesorteerd, versnipperd, gesponnen en geweven tot nieuw textiel. Ook is er ruimte voor andere duurzame initiatieven zoals het natuurlijk kleuren van stoffen, het transformeren van zalmhuiden in visleer en zijn er ruimtes voor kledingmaak- en reparatieateliers.

Inspireren en prikkelen

Maar het blijkt een uitdaging om haar studenten enthousiast te maken voor duurzame mode. “Soms heb ik de reactie dat het weer over duurzaamheid gaat. “Veel mensen sloten zich af toen ze dat woord hoorden.” Dat begrijpt ze. “Als je niet veel te besteden hebt, waarom zou je dan niet bij de Primark drie bikini’s voor twintig euro kopen, in plaats van ergens anders één voor honderd euro?”

Daarom lanceert de voormalig modeprofessor nu samen met Agnes Bakker en Colien Langerwerf ‘Volle Kast’, een podcast over duurzame mode. Een gedeelde liefde voor luipaardprint en extravagante outfits bracht de drie samen.

Ieder gaat zijn/haar eigen uitdaging aan op het gebied van duurzame mode: de één koopt een jaar niets, de ander koopt alleen tweedehands. Hiermee hopen ze studenten en andere luisteraars te inspireren bewuster om te gaan met kleding. “Ik zeg altijd: niet praten, maar doen.

Judith’s tips voor een duurzame garderobe:

– Test jezelf: “Draag bijvoorbeeld een week lang hetzelfde kledingstuk, maar probeer het elke dag anders te combineren. Het zorgt ervoor dat je op een andere manier naar de kleding in je kast kijkt.”

– Koop een jumpsuit: “Kijk goed waar de kleding van gemaakt is. Kies stukken die uit één materiaal zijn gemaakt, zoals 100 procent katoen, linnen of polyester. Dit kan later gemakkelijker worden gerecycled.”

– Kledingbibliotheek: “Heb je een outfit nodig voor een speciale gelegenheid? Koop niet iets dat je maar een paar keer zult gebruiken. Ga in plaats daarvan naar de kledingbibliotheek. Je kunt daar tegen een kleine vergoeding iets leuks lenen. Na gebruik lever je het weer in en kan iemand anders er mee aan de slag.”

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *