Richtlijn betreffende Europese ondernemingsraden: de herziening ervan kan bepaalde investeringen ontmoedigen – VBO VBO – Verbond van Belgische Vennootschappen

Op 24 januari 2024 publiceerde de Europese Commissie een voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de richtlijn uit 2009.¹ over Europese ondernemingsraden (EEG), als reactie op de resolutie van het Europees Parlement die op 2 februari 2023 werd aangenomen.

Tijdens het vooroverleg van de Europese sociale partners in 2023 had BusinessEurope aan het Europees Vakbondsverbond voorgesteld om onderhandelingen over deze kwestie te openen, maar de vakbond had dat aanbod afgewezen.

Bedrijven zien EOR’s als een dialooginstrument met toegevoegde waarde om de sociale dialoog en sociale vrede te versterken en de bedrijfsstrategie en -cultuur te begrijpen. Veel Belgische bedrijven hebben zo’n EOR meer dan 30 jaar geleden opgericht en zijn van mening dat deze goed werkt (zonder juridische conflicten) en dat, in geval van problemen, oplossingen moeten worden gevonden via de sociale dialoog binnen het bedrijf.

Het dossier ligt momenteel op tafel bij de Europese instellingen. De Werkgelegenheidscommissie van het Europees Parlement zal begin april over de amendementen stemmen, terwijl het Belgische voorzitterschap hoopt in juni 2024 tot een gemeenschappelijk standpunt van de Raad te komen.

➢ Handhaving van de huidige definitie van transnationaal karakter. Een uitbreiding van deze definitie zou leiden tot een overlap in de bevoegdheden van de EOR’s en de nationale organen die werknemers vertegenwoordigen.

➢ Handhaaf de informatie- en raadplegingsrol van de EOR’s en open de deur niet voor hun transformatie naar een medebeslissingsorgaan.

➢ Zorg ervoor dat bedrijven snel beslissingen kunnen nemen om transnationale projecten te ontwikkelen en uit te voeren, en de besluitvorming niet vertragen.

➢ Geef bedrijven en sociale partners de mogelijkheid om bestaande overeenkomsten tot oprichting van een EOR te handhaven en aanpassings- of heronderhandelingsclausules te respecteren die reeds zijn opgenomen in overeenkomsten tot oprichting van een EOR.

➢ Zorg ervoor dat de aangenomen bepalingen geen extra kosten voor bedrijven met zich meebrengen, vooral in termen van ervaring of geschillen.

➢ Vermijd de invoering van sanctiemechanismen, in de vorm van voorzorgsmaatregelen of boetes, die veel verder gaan dan de Europese bevoegdheid en die niet geschikt zijn om het vermeende slecht functioneren van de EOR’s te verhelpen.

➢ Geef in het algemeen autonomie aan de sociale partners op bedrijfsniveau om in hun overeenkomsten de clausules op te nemen die het beste aansluiten bij hun situatie/werking.