close
close

Het Noord-Hollands Orkest durfde het aan en het lukte: de bijna onrepresentatieve symfonie van Charles Ives spelen

‘Heb je al oordopjes? “Het kan behoorlijk luidruchtig zijn.” Het aanbod van de gastvrouw lokt enigszins wanhopige blikken uit bij de concertbezoekers die vrijdagavond de foyer van de Groningse Oosterpoort binnenkomen. Buiten worden ze begroet met een gevecht tussen twee drumbands, binnen speelt een harmonieorkest Amerikaanse marsmelodieën. De man die de programmabrochures uitdeelt, loopt vrolijk verder. Alles wijst erop dat dit niet zomaar een symfonische avond wordt.

Op het bureau van 110 orkestmusici en tientallen zangers van het Noord-Hollands Concertkoor ligt de Vierde symfonie van de Amerikaanse muzikale outsider Charles Ives (1874-1954). Het immense werk werd een eeuw geleden voltooid, maar de volledige uitvoering ervan duurde nog eens vier decennia. Sindsdien is het sporadisch te horen: niet levensvatbaar.

Dat komt door de grote bezetting: een flink uitgebreid orkest, plus extra slagwerk, koor, orgel, theremin, celesta, een vierhandige piano en zelfs een piano die een kwart toon hoger gestemd is. Het komt ook door wat Ives over je uitstort: ​​een kakofoon (maar zorgvuldig gecomponeerd) pandemonium van gelijktijdige stukken religieuze liederen, populaire melodieën, patriottische melodieën, citaten uit bekende klassieke stukken, enz. Ze zijn op elkaar gestapeld in verschillende ritmes en tempo’s.

Soundtrack uit het begin van de 20e eeuw.

Er zijn drie chauffeurs nodig om alles draaiende te houden. Alles verliep voorspoedig, onder leiding van Antony Hermus, die vanavond tot eredirecteur werd benoemd. Ives is een vreemd personage op de soundtrack van het begin van de 20e eeuw. Dat alleen al is de moeite waard om deze symfonie live te beleven: als herinnering aan de ongrijpbaarheid van de menselijke creativiteit, die niet in een hokje kan worden gestopt.

Hij Vier van Ives loopt een bescheiden half uur. Dat is waarschijnlijk de reden waarom we ons voor de rust opwarmden met, jawel, nog meer Ives. Hermus laat zijn draden heimelijk ritselen in de stilte die geen stilte is. De onbeantwoorde vraag. En daar komen ze: twee fanfare-showbands verschijnen in de woonkamer van Ives. Vier julizijn daverende geluidscollage van een Amerikaans park op Nationale Feestdag.

Blaasmuziekcultuur.

Zo overbrugt het NNO de honderd jaar tussen de ongrijpbare muziek van Ives en de cultuur van de Nederlandse blaasmuziek. Want in Ives’ symfonie zitten herinneringen aan de fanfares uit zijn jeugd: hij speelde doos – niet vanuit de lucht. Hoe benader je een stuk dat luisteraars moeilijk bij te houden vinden? Nou ja, zoals dit: laten zien en horen waar Ives vandaan komt. Een succesvolle zet.

Hij Vier van Ives ontstond vanuit existentiële vragen, schreef hij zelf. Wat is er in dit bestaan? Waarom leven wij? Met zijn symfonie, die klinkt als vijf symfonieën tegelijk, moet ook het NNO gedacht hebben: waarom niet? Het orkest moet gefeliciteerd worden met het feit dat het deze ongelooflijke symfonie wil programmeren.




Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *