close
close

Nieuwe amfibische transportschepen beter geschikt voor oorlogsomstandigheden | Nieuwe items

Nieuws | 06-03-2024 | 18:58

Defensie vervangt de 2 Large Landing Ships (LPD) en de 4 Ocean Patrol Vessels (OPV) door 6 schepen van dezelfde nieuwe klasse. Deze amfibische transportschepen zijn geschikt voor gebruik in oorlogsomstandigheden, maar ook voor moderne amfibische operaties. Schepen kunnen bijvoorbeeld ook functioneren als stationsschepen. In 2032 moet het eerste nieuwe amfibische transportschip arriveren. Dat meldde staatssecretaris Christophe van der Maat vandaag aan de Tweede Kamer.

In zoomen
Een amfibisch transportschip tijdens een operatie landen twee helikopters op het dek.

Een van de vervangende amfibische transportschepen.

De Marine zet de LPD’s (Hr.Ms. Rotterdam en Hr.Ms. Johan de Witt) in voor amfibische operaties: het landen van Korps Mariniers-eenheden. OPV’s (schepen van de Holland-klasse) zijn primair ontworpen voor taken met een laag spectrum. Ze worden bijvoorbeeld gebruikt om drugstransporten in het Caribisch gebied te onderscheppen. Hoewel deze taken flink van elkaar verschillen, worden binnen dit project beide klassen gecombineerd. Wat de behoeften betreft, staan ​​ze dichter bij elkaar.

De moderne amfibische doctrine vereist bijvoorbeeld lichte, snelle en verspreide actie, met lichte logistieke ondersteuning. De nieuwe generatie boten is dan ook kleiner dan de huidige LPD’s. Dit zou bijvoorbeeld kunnen leiden tot de gelijktijdige inzet van meerdere amfibische transportschepen. OPV’s zijn daarentegen momenteel niet ontworpen voor taken die hoog op het geweldsspectrum liggen. Vanwege de verslechterende internationale veiligheidssituatie heeft de marine schepen nodig die geschikt zijn voor oorlogsomstandigheden.

Bovendien bereiken beide scheepsklassen ongeveer tegelijkertijd het einde van hun levensduur. Door de klassen te combineren krijgt de Royal Navy meer flexibiliteit bij het aanwijzen van een of meer schepen voor een specifieke missie. Kiezen voor 1 scheepsklasse in plaats van 2 verhoogt de efficiëntie. Ook garandeert het schaalvoordelen bij onder meer aanschaf, opleiding en onderhoud.

Industrie

Zoals onlangs gemeld bij de overname van de Luchtverdedigings- en Commandofregatten, betrekt Defensie ook de Nederlandse industrie bij dit project. Dit gebeurt onder meer via de Maritieme Maakindustrie. Eén van de partners is Damen Naval. Ook Nederlandse kennisinstellingen als TNO, NLR en MARIN kunnen een bijdrage leveren.

Samenwerking met de Britten.

Ook met Groot-Brittannië wordt nauw samengewerkt. Nederlandse en Britse mariniers werken al meer dan 50 jaar samen in de UK-Netherlands Amphibious Force. Hoewel beide landen geen identieke schepen kopen, willen ze wel over dezelfde subsystemen beschikken. Dit moet de onderlinge samenwerking ten goede komen. Hierbij valt te denken aan de gezamenlijke aanschaf van onderdelen als kranen, hijsvoorzieningen en de dokdeur aan de achterzijde van het schip. De aankoop omvat tevens helikopterinstallaties, voortstuwingssystemen en modulaire accommodatiesystemen.

Afstemmen

De intrede van de nieuwe Amfibische Transportschepen en het vertrek van de huidige 2 LPD en 4 OPV worden gecoördineerd. Een schip wordt pas uit de vaart genomen zodra er een nieuw schip arriveert. Vanaf 2032 moet ieder jaar een nieuw schip operationeel ingezet kunnen worden. Volgens de huidige planning geldt dit voor de laatste acquisitie in 2038. In werkelijkheid is het voor Rotterdam al te laat. In 2028 bereikt het schip het einde van zijn levensduur. Defensie onderzoekt daarom welke maatregelen nodig zijn om het schip in ieder geval tot 2032 in de vaart te houden. Het vertrek van de overige schepen komt grofweg overeen met het einde van zijn levensduur. Het project kost tussen de 1.000 en 2.500 miljoen euro.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *