close
close

Studeren aan de RUG in Drachten geeft deze hoogleraar een boost. “Wij zijn enorm ambitieus”

Drachten krijgt in september een volledige universitaire opleiding, mits alles volgens plan verloopt. “Dit zal een impuls geven aan de noordelijke economie”, zegt wetenschappelijk directeur Paris Avgeriou. “En dit is nog maar het begin.”

Aan de muur van zijn sobere kantoor op de vijfde verdieping van het Bernoulligebouw in Groningen hangt een prachtige foto van Lesbos, genomen in 1912. “Sommige huizen die je ziet staan ​​er nog”, zegt Paris Avgeriou. “Soms kijk ik ernaar. “Daar kom ik vandaan, daar woont mijn familie nog steeds.”

Hij heeft achttien jaar in Groningen gewoond en gewerkt, nadat hij in Griekenland, Duitsland en Luxemburg had gestudeerd en gewerkt. Om zijn sporen als wetenschapper achter te laten moest hij het Griekse eiland verlaten. “Natuurlijk mis ik het klimaat en het goede eten van Griekenland. Maar nergens op aarde bestaat de hemel. Ik heb me hier aan de Rijksuniversiteit Groningen enorm kunnen ontwikkelen. Het is raar om het over jou te zeggen, maar ik ben een VIP in mijn veld.” .

RUG-Campus in Drachten

Avgeriou is hoogleraar software-engineering en hoofd van de toonaangevende onderzoeksgroep Software Engineering en Architectuur (Search). Vanaf september wordt hij tevens wetenschappelijk directeur van Autonomous Systems. Dit is de eerste volledige universitaire opleiding in Drachten, waar ook gewerkt wordt aan de realisatie van een technologische campus.

Studenten Autonomous Systems hebben al een masterdiploma. Zij gaan voor de 23 hightechbedrijven aangesloten bij het Drachten Innovation Cluster (ICD) aan de slag om oplossingen te vinden voor technologische problemen. In de praktijk gebeurt dit grotendeels binnen de bedrijven zelf. Het programma, het zogenaamde doctoraat in de techniek, duurt twee jaar.

“Het is een heel spannende tijd”, zegt Avgeriou. “We beginnen aan iets nieuws en zijn enorm ambitieus. Wat mij betreft komen er in de toekomst meer van dit soort programma’s in Noord-Nederland. Dit is nog maar het begin.”

Je bent erg enthousiast. Vooral omdat?

“Ik vind dat je als universiteit iets terug moet geven aan de samenleving. Wij worden deels gefinancierd met publiek geld. Er kan iets zijn dat dat tegenwerkt. Waar dient theoretisch onderzoek voor? Wat heb je eraan als wetenschapper om in je ivoren toren te blijven zitten?

‘Ik geloof dat wetenschap effect moet hebben op de samenleving en de groei van de economie. Kennis moet toegepast worden. In Drachten werken we al jaren samen met noordelijke bedrijven, maar niet op deze manier. Deze nieuwe richting gaat echt een impuls geven aan economie van het Noorden. Het lijkt erop dat we een nieuw bedrijf beginnen, dat we pioniers gaan worden. Ik voel de adrenaline.”

Wat gaan de studenten doen?

“Ze gaan aan de slag met projecten die bedrijven daadwerkelijk presenteren. Mensen in bedrijven moeten zich daar prettig bij voelen en wij willen gebruik maken van onze wetenschappelijke kennis. Soms lopen bedrijven tegen technologische problemen aan die niet door vaste medewerkers kunnen worden opgelost of volledig moeten worden losgelaten.

“Maar dat is duur. Hoewel bedrijven bijdragen aan dit trainingsprogramma, wordt het ook zwaar gesubsidieerd dankzij 2 miljoen euro Europees geld uit het JTF (Just Transition Fund, red.).

Zorgt dit ervoor dat getalenteerde ingenieurs na hun studie vaker in Fryslân, Groningen en Drenthe blijven?

“Ik ben ervan overtuigd.” Ik vraag mijn masterstudenten wel eens waar ze na hun studie naartoe gaan. De overgrote meerderheid wil vertrekken omdat er in andere delen van het land banen zijn en niet hier. Ze denken. Maar dan zeg ik: er is hier veel werk. Afgelopen week bezocht ik technologiebedrijven in Heerenveen, Sneek en Bolsward en het niveau ligt erg hoog. Zelfs ik was daardoor verrast. Er zijn hier veel kansen voor getalenteerde mensen.”

“Deze postmasteropleiding biedt nog meer mogelijkheden. Wij hebben dit goed afgestemd met de technische universiteiten (TU) in Nederland. We willen niet concurreren, we willen geen stukje van hun taart eten. Het mooie is dat er in het noorden geen TU is. In die zin vullen we een leemte op.”

Hoeveel studenten zullen de autonome systemen hebben?

“Het zullen er twaalf tot vijftien zijn. Sommigen van hen zijn jonge mensen die net hun masterdiploma hebben behaald en anderen zijn medewerkers van de aangesloten bedrijven. Stel dat je zo’n tien jaar geleden je masterdiploma hebt behaald en deze opleiding geeft je de kans om je verder te specialiseren. Is dat niet geweldig?”

Hoeveel universitair personeel zal er werken?

“Ik ben verantwoordelijk voor de inhoud. Daarnaast heeft het een coördinator en twee fulltime universiteitshoogleraren. Binnenkort vormen we met zijn vieren de kern, maar af en toe komen ook hoogleraren met specialistische kennis een handje helpen.

“Het programma is het resultaat van een samenwerking tussen twee onderzoeksinstituten. Dat zijn het Bernoulli Instituut voor Wiskunde, Informatica en Kunstmatige Intelligentie en het ENTG (Institute of Engineering and Technology Groningen, red.), afdeling werktuigbouwkunde.”

Is het helemaal zeker dat de training in september begint?

“Nog niet 100 procent, maar we zijn zeker op de goede weg. Er is al veel voorbereidend werk gedaan; We zijn er ongeveer drie jaar mee bezig geweest. De accreditatieprocedure is lopende. Dit betekent dat we ervoor moeten zorgen dat de kwaliteit van de opleidingen aan alle eisen voldoet. Ook zijn we in gesprek met bedrijven over projecten en het werven van studenten. We moeten nog een aantal hindernissen overwinnen, maar ik durf te stellen dat alles goed komt.”

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *