close
close

Ode aan mijn zwager – Flespost uit Alkmaar

Ode aan mijn zwagerOde aan mijn zwager

Mijn zwager is deze week 70 geworden… 70! Nu hoor ik je zeggen; Ja, dat heb je, als je de jongste in het gezin bent, heb je automatisch familieleden die 70 jaar worden. Maar dat is precies waar het probleem ligt. Hij is bij mijn tweelingzus en zij is 7 minuten ouder dan ik en zeker nog geen 70. En mijn zus is ook niet van de tweede generatie. Ze komt pas uit de eerste batch. De lieve man begon met haar te daten toen zij 19 was en hij 34. Destijds zeiden we natuurlijk dat het jammer was… Ze had de hele wereld aan haar voeten en koos een 34-jarige man die, In zijn vrije tijd was hij nog ober in een restaurant, dat destijds ook een zeer populair café was. Wij vonden het een prima broodje. Maar mijn zus bleef bij haar standpunt. Ze hield van hem en hij hield van haar en ze dacht dat hij de aardigste man ter wereld was (na zijn tweelingbroer). En hij was ook erg geliefd. En stiekem was hij ook wel een beetje jaloers. Hij was tenslotte ober in een populair café en ik was gewoon ober in een restaurant in het Heiloo Motel. En ze zijn nog steeds samen… al 36 jaar en dat heeft niets te maken met het koken van mijn zus, want blijkbaar zorgt hij al 36 jaar voor eten. Tegen mijn wil begon ik ook een beetje van hem te houden. Want afgezien van zijn leeftijd, zijn scheve voortand en zijn klachten bleek hij een aardige, lieve kerel. Bovendien maakte ik mijn zus blij en dat was precies de taak die ik belangrijk vond. Vanwege zijn volwassenheid en ervaring bracht hij volgers mee die vandaag de dag nog steeds in onze regio aanwezig zijn en van wie sommigen zelfs tot mijn beste vrienden kan rekenen. En zijn naam is dezelfde als ik. Ik heb ook een zwager met dezelfde naam. Dus als mijn moeder mijn naam riep, was er altijd wel iemand om de afwas te doen. Om het makkelijker te maken, heeft de andere zwager, veel jonger en met dezelfde naam, een relatie met mijn oudere zus.

Zoals geschreven ben ik ook van mijn zwager gaan houden en ik durf te zeggen dat we vrienden zijn geworden. Eerlijk gezegd heb ik het leeftijdsverschil nooit ervaren. Totdat de uitnodiging viel om zijn 70e verjaardag te vieren, dat is een groot aantal. Mijn schoonvader is 80 jaar en mijn schoonmoeder is 77 en heel levendig, daar ga ik niets over zeggen, maar echt een opa en oma. Maar hoewel mijn zwager ouder is dan ik, ervaar ik het als jonge man. Hij is modieus qua kleding, past goed op de fiets en lijkt vaag op een oude rocker. We stonden gelijk. Zijn grappen zijn de mijne en omgekeerd, en we maakten elkaar er vaak om belachelijk.

Ik kan geen anekdote voor je verbergen. Bij mijn eerste horecazaak, ‘kleine Nero aan de Schoutenstraat’, kwam mijn zwager iedere vrijdag na zijn werk langs voor een speciaal broodje. Hij kwam altijd na de lunchspits, dus we hadden ook tijd om de week door te nemen. Tijdens deze woordenwisseling kwamen twee meisjes binnen en vroegen of ze de politie mochten bellen. Natuurlijk mocht dat. Maar waarom? Nou, de damesmountainbike is een tijdje geleden gestolen en nu ligt hij bij Nero op de stoep, ze kunnen natuurlijk de politie bellen. Mijn zwager en ik besloten de uitrusting van die dief op te halen. Na zijn broodje betaald te hebben (of niet :)), ging mijn zwager de straat op, waar de politie bezig was met het inladen van de damesfiets, die zogenaamd gestolen was. En raad eens? De dames hadden de fiets van mijn zwager voor hun fiets aangezien. Ze aarzelden niet eens; Het was zijn gestolen fiets. En de venters plaatsten de fiets van mijn zwager met gemak op het fietsenrek om hem voor verder onderzoek naar het station te brengen. Mijn zwager werd boos. En geloof me, het maakt geluid. Met veel handgebaren, de middelvinger en tikken op zijn voorhoofd probeerde mijn zwager de agenten duidelijk te maken dat het zijn fiets was. Mijn chef-kok en ik keken uit het raam om te zien wat er aan de hand was en zagen mijn zwager wilde gebaren maken. Het maakte niet uit of de politie om versterking had gevraagd. Mijn zwager kon het niets schelen en werd alleen maar bozer. Eerlijk gezegd was het ook zijn fiets. Ik kende hem alleen met deze fiets. Ik had deze fiets al jaren. Mijn chef-kok en ik waren nieuwsgierig naar het lawaai en stonden aan de deur. Mijn zwager rende naar mij toe en met de moed van de wanhoop in zijn ogen greep hij mij vast alsof het de laatste druppel was.

“Buh, hoe lang heb ik die fiets al?” vroeg hij me wanhopig. Ik keek hem kalm aan en zei droogjes. “Nou, ik denk, een week of twee?” Verrast en neerslachtig en met een bleek gezicht keek hij mij aan. Toen keerde de woede terug, hij pakte de fiets uit de politieauto en rende weg op ZIJN fiets, de vrouwen en de agenten in wanhoop achterlatend. Nu ik dit na 31 jaar schrijf, lopen de tranen nog steeds over mijn wangen. Gelukkig heeft dat onze vriendschap nooit in de weg gestaan. En nu is mijn vriend, mijn zwager, vader van twee geweldige kinderen en de man die mijn zus nog steeds blij maakt, 70 jaar. Morgen vieren en proosten we. Altijd jong

Peter Visser

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *