close
close

Huishoudens met brandstofvoertuigen in Zuidoost-Drenthe zijn het meest kwetsbaar voor duurzaamheid

In het zuidoosten van Drenthe wonen relatief veel huishoudens en kunnen kwetsbaar zijn voor beleid gericht op duurzamer vervoer. Dat concludeert onderzoeksorganisatie TNO.

Het onderzoek richtte zich op huishoudens met één brandstofauto, een (zeer) laag inkomen en weinig financieel vermogen, maar die wel veel kilometers rijden en hoge brandstofkosten hebben. Bovendien is de woonlocatie moeilijk bereikbaar met het openbaar vervoer.

TNO onderzocht in hoeverre deze groep kan participeren in de transitie naar duurzamer transport. Uit de resultaten blijkt dat een stijging van de zogenaamde mobiliteitskosten ertoe kan leiden dat bepaalde reizen niet meer mogelijk zijn. Deze ‘autogerelateerde energiearmoede’ kan uiteindelijk leiden tot werkloosheid, een verslechterende gezondheid of sociaal isolement.

Zuidoost-Drenthe scoort samen met onder meer Noord-Friesland hoog als het gaat om het risico op ‘transportarmoede’.

Stedelijke gebieden bevatten de meest kwetsbare huishoudens rond Amsterdam (waaronder Almere, Lelystad, Haarlemmermeer, Velsen, Zaanstad en Alkmaar). Deze zones zijn ook buiten de Randstad te herkennen (Leeuwarden, Drachten, Apeldoorn en de lijn Bergen op Zoom – Oss).

Het maakt niet alleen uit waar u woont of u tot een risicohuishouden behoort. Ook de samenstelling van het gezin heeft invloed. Zo zijn relatief veel gezinnen met kinderen kwetsbaar voor maatregelen die moeten leiden tot duurzamer vervoer. Vooral eenoudergezinnen zijn oververtegenwoordigd.

Verder blijkt dat risicohuishoudens relatief vaak inkomen in de vorm van een uitkering hebben. Landelijk lopen tussen de 113.000 en 270.000 huishoudens het risico op transportarmoede.

TNO adviseert om in te zetten op alternatief vervoer, zoals elektrische fietsen, deelritten en openbaar vervoer. Het stimuleren van de aanschaf van een elektrische auto, zoals momenteel wordt toegepast, komt niet ten goede aan huishoudens die risico lopen, omdat het hen vaak in staat stelt auto’s uit het “hogere segment” aan te schaffen.

Ook wordt niet aanbevolen om autobezitters te compenseren door een algemene accijnsverlaging in te voeren, omdat deze maatregel risicogroepen onvoldoende ten goede komt.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *