Het gaat de verkeerde kant op met het antisemitisme in Nederland.

In Nederland, met het toenemende antisemitisme, gaan de zaken ‘echt de verkeerde kant op’. Dat zei scheidend premier Rutte vanochtend in de Ministerraad.

“Ik maak mij grote zorgen dat mensen van Joodse afkomst momenteel worden lastiggevallen vanwege die achtergrond en de situatie in Israël”, aldus Rutte. “Die persoon heeft er niets mee te maken.”

Volgens de premier is de vraag niet zozeer wat ‘Den Haag’ eraan gaat doen, maar dat de samenleving het ‘gezamenlijk moet aanpakken’. “We zijn een van de meest open landen ter wereld. Dat hoort bij het elkaar verantwoordelijk houden voor gedrag.”

Volgens Rutte is het ‘te gemakkelijk’ om zich uitsluitend op de politiek te concentreren:

Rutte verwees onder meer naar de onderbreking van een optreden van Lenny Kuhr afgelopen weekend door pro-Palestijnse activisten. Ze noemden haar een terrorist en beschuldigden haar van genocide.

Naar aanleiding van dit incident werd staatssecretaris Gräper (Cultuur) dinsdag naar de Tweede Kamer geroepen. Vervolgens zei hij dat er na de bijeenkomst van vandaag een kabinetsverklaring zou worden afgegeven.

Veel parlementsleden vonden het een zwak antwoord en diezelfde dag liepen dertien van de vijftien partijen de Tweede Kamer uit met een gezamenlijke oproep om ‘in opstand te komen’ tegen de jodenhaat. “Laat niemand meer zwijgen, laten we het antisemitisme nu stoppen”, schreven ze onder meer.

Sinds de Hamas-aanval op Israël begin oktober vorig jaar en de daaropvolgende oorlog in de Gazastrook is het aantal antisemitische incidenten in Nederland sterk toegenomen.