Ralph Groen geniet van de marathon

Voor Ralph Groen is de Marathon van Rotterdam een ​​vast item op zijn agenda en dit jaar start hij in Rotterdam aan zijn tiende wedstrijd. Een verjaardag? ‘Tien is niet zo veel,’ vermindert hij zijn aandrang. “Ronald van Mil, uit onze groep, nadert alweer de twintig jaar.”

Voor Ralph Groen is de Marathon van Rotterdam een ​​vast item op zijn agenda en dit jaar start hij in Rotterdam aan zijn tiende wedstrijd. Een verjaardag? ‘Tien is niet zo veel,’ vermindert hij zijn aandrang. “Ronald van Mil, uit onze groep, nadert alweer de twintig jaar.”

“Sterker nog, het wordt de elfde”, meldt de oud-doelman van de zondagploeg van VFC en huidige keeperstrainer van de hoofdploeg van de zaterdag. Het debuteerde in 2013. Als test en incognito. Sinds 2014 staat zijn naam op de uitslaglijsten. De vier uur en zeven minuten die hij nodig had om van Coolsingel naar Coolsingel te lopen beviel hem niet. “Dat moet met minimaal een halfuur ingekort worden”, besloot hij resoluut. In 2021 arriveerde het op 27-3-24. Missie volbracht. Groen maakt deel uit van een grote groep VFC-spelers die als voetballers de branche verlaten. Sommigen doen ook mee aan de haring- en bierwandeling. Een mix van beide groepen reist jaarlijks naar Valkenburg om op de fiets de heuvels van Limburg te veroveren en te fietsen voor Parkinson.

Nog 18 dagen tot de marathon van Rdam

“En laten we Bryn Siegersma niet vergeten”, wijst hij de aanvaller en aanvoerder van de spelers van zondag aan. “Een ongekend talent.” Hij klokte 2.51 en was de derde snelste Vlaardinger. “Persoonlijk wil ik onder de 3,45 blijven. Het zou oke moeten zijn. Vorig jaar was ik 3.41, maar ik woog te veel, had minder getraind en had een ontstoken hiel.” Hij is van mening dat dit met een verlies van enkele kilo’s en vijftig kilometer trainen per week ruimschoots mogelijk moet zijn. Ook hij ziet de marathon als een vrije dag. “Die 42 kilometer en de training zorgen ervoor dat je in vorm blijft. Goed. Maar het is ook leuk om met onze groep te wandelen. Vorig jaar werd er op de 40 km een ​​biertje gedronken. Dat gaan ze nog een keer doen. Ongelooflijk waar.”