Wat kunnen leraren met de Strategische Agenda in hun onderwijs?

Gepubliceerd: 21 maart 2024 • Leestijd: 5 minuten en 14 seconden • Nieuws

Permanente ontwikkeling en meer onderwijs buiten het onderwijs zelf. Dit zijn twee thema’s uit de Strategische Agenda van Hogeschool Rotterdam. Profielen Hij vroeg de docenten of zij al betrokken waren bij ‘de agenda’ en wat zij daarvan vonden.

“Ik weet dat er een strategische agenda is, maar ik weet niet echt wat die inhoudt”, reageert Ivonne van Zuilen, hoogleraar bedrijfskunde. “Deze dingen zijn vaak abstracte praatjes, dus ik kan ze niet gebruiken in mijn dagelijkse werk.”

Ook haar collega Romana van der Zwan weet niet veel van de agenda, maar desgevraagd vindt ze het goed dat er volgens de uitvoeringsagenda waarin de strategie concreter wordt uitgewerkt, sprake is van ‘leren en innoveren’. ” programma’ om interdisciplinair onderwijs te ontwikkelen. ‘Oh, dat is cool, dat lijkt mij interessant. Onderwijs is altijd in ontwikkeling.’ Interinstitutioneel onderwijs is nu mogelijk, geeft de docent bedrijfskunde aan. ‘In jaar 3, met zorg en techniek.’

“We weten nog steeds niet hoe we dit naar de werkvloer moeten vertalen”

Henriette Terpstra, eveneens van Bedrijfskunde, vraagt ​​zich af waarom zij en haar collega’s nog steeds weinig weten over ‘de agenda’. ‘Is het onze schuld of de schuld van de mensen die het ons moeten vertellen?’ Van der Zwan hoopt dat het wordt meegenomen in de toekomstige curriculumontwikkeling. “We weten alleen nog niet hoe dit zich zal vertalen naar de werkplek.”

Bij ondernemerschap en retailmanagement (ORM) is alles iets duidelijker, in ieder geval voor professor Theo Dingemans. “In het planningsgesprek met de onderwijsdirecteur worden onder meer de doelstellingen van de strategische agenda besproken”, zegt de docent terwijl hij de agenda op zijn laptop tevoorschijn haalt.

“De vier transitieopgaven van de agenda (duurzame delta, toekomstbestendige economie, vitale gemeenschap en slimme en sociale stad, red.) zijn echt relevant voor Rotterdam en Rijnmond”, zegt Dingemans, waarmee hij de nieuwe economische modellen benadrukt waarin aandacht wordt besteed. naar circulariteit. ‘Bij supply chain management, de cursus die ik mezelf geef, zijn we er al een tijdje mee bezig. Dat zijn bijvoorbeeld de vervanging van fossiele brandstoffen en het plannen van retourstromen en hergebruik van materialen.’

‘Het doel is dat 35 procent multidisciplinair afstudeert’

Het volgen van nog een vak in je derde en vierde jaar is al een probleem. “Het doel is dat 35 procent multidisciplinair afstudeert”, zegt Dingemans. Hij vertelt dat zijn instituut (RBS) en zijn ORM-opleiding, mede naar aanleiding van de strategische agenda, sinds september 2022 samen multidisciplinair onderwijs ontwikkelen in semester 6. Ook ORM-studenten worden bij dat onderwijs betrokken.

Dit laatste wordt bevestigd door onderwijsdirecteur Glenn van der Sande. ‘Wij vonden het belangrijk om meteen te beginnen, zodat we mee konden bepalen hoe het onderwijs eruit gaat zien. In planningsgesprekken met docenten en met Fred (Feuerstake, directeur RBS Instituut, red.) stellen we de vraag: “Hoe verhoudt ons onderwijs zich tot de strategische agenda?” Wij richten ons op de ‘future-ready economy’, een van de vier thema’s op de agenda; Het is belangrijk om dit onderling te bespreken, bijvoorbeeld bij het veranderen van het curriculum.’

‘Zolang je jezelf niet te veel in de hand houdt’

De strategische agenda is tijdens het planningsoverleg nog niet besproken door Danny Heijink, docent biologie en medisch laboratoriumonderzoek (BML). “Ik heb er nog niet genoeg naar gekeken, maar meer focussen op interdisciplinaire samenwerking kan nuttig zijn, zolang je maar niet te gefocust raakt.”

‘Het is goed om altijd samenwerkingen te zoeken die niet voor de hand liggen’

BML werkt ook al geruime tijd samen met andere opleidingen en instituten. Heijink benadrukt de samenwerking met de Willem de Kooning Academie aan het project ‘Living colour’, waarin BML-studenten biologische pigmenten testen die worden gebruikt in modeproducten van kunststudenten. Zou het meer kunnen zijn dan een project? Kan een BML-student bijvoorbeeld een jaar lang verder studeren aan de WdKA? “Dat hangt ervan af”, reageert Heijink. ‘Zolang ze de vaardigheden die ze hier hebben geleerd kunnen toepassen, moet dat kunnen. Het is goed om altijd samenwerkingen te zoeken die niet voor de hand liggen.’

‘Wij hanteren de visie van IGO’s’

Een hoogleraar architectuur kijkt de journalist vragend aan als hem wordt gevraagd naar de strategische agenda, en een collega verwijst naar de curriculumcommissie van de opleiding. ‘Wij hanteren de visie van het IGO (Instituut voor de Gebouwde Omgeving). Dit zou kunnen verklaren waarom docenten er niets van weten”, zegt Jasenko Bektas van de curriculumcommissie. “Die visie is al iets vóór de Strategische Agenda gepubliceerd, maar inhoudelijk hebben ze veel overeenkomsten.”

Maatschappelijke uitdagingen en onderwijs worden besproken tussen opleidingen binnen het instituut. ‘Bij alle OIG-opleidingen wordt gewerkt aan curriculumwijzigingen en er is afgesproken dat we deze op elkaar gaan afstemmen, zodat studenten van verschillende opleidingen in het derde jaar makkelijker kunnen samenwerken dan nu het geval is. Dat vergt veel organisatie, over twee jaar zal iedereen de omslag moeten maken zodat we kunnen samenwerken.’

Gecombineerde taken

Xenia Hasker (docent computerwetenschappen) vertelt dat de cursus kijkt naar “gecombineerde taken met bijvoorbeeld de zorg en zich vooral richt op de stad Rotterdam.” “Dit staat nog in de kinderschoenen, maar is gestimuleerd door de strategische agenda”, zegt de hoogleraar, die aangeeft dat haar collega Afshin Amighi meer over het onderwerp weet en er meer in geïnteresseerd is.

“Sommige opleidingen, zoals die van ons, zijn zo specialistisch dat ik denk dat het helemaal niet mogelijk is.”

Amighi maakt deel uit van de curriculumcommissie en zegt dat de cursussen van het CMI-instituut werken aan interdisciplinaire projecten die over een jaar in het zesde semester zouden moeten beginnen. Net als bij IGO blijft het een kwestie van samenwerking binnen het instituut. In de toekomst zou dit kunnen worden uitgebreid naar cursussen van andere instituten, meldt Amighi.

CMI wil in projecten samenwerken met externe partijen zoals de gemeente Rotterdam, bedrijven betrokken bij de energietransitie en ziekenhuizen.

‘Sommige opleidingen zijn daarvoor te specialistisch’

Aan de Rochussenstraat reageert ook een hoogleraar fysiotherapie dat hij weinig van het programma weet. Desgevraagd vraagt ​​hij zich af of interdisciplinair onderwijs overal mogelijk is. ‘Sommige opleidingen, zoals die van ons, zijn zo specialistisch dat het volgens mij helemaal niet mogelijk is. Het is oké, je hebt de minderjarigen die vrij zijn, maar ik denk dat het beter was geweest om eerst te kijken of het allemaal mogelijk is voordat we besluiten dat we het gaan doen.’

In de docentenkamer van de taaldocentenopleidingen vertelt een van de docenten, die niet met naam genoemd wil worden, dat zij zich gaat aanmelden voor een van de online discussiebijeenkomsten die het Bestuurscomité de komende tijd zal houden (de eerste op 25 maart, zie bericht op de Hint intranetsite). ‘Wat ik me wel afvraag: staat er iets op de agenda dat specifiek gericht is op docenten, op onze opleidingen?’

‘Behoefte aan praktijkervaringen elders’

Een collega van de lerarenopleiding geschiedenis zegt dat zijn eigen opleiding nu al over het hoofd wordt gezien. ‘Dat doen we al met minderjarigen en dat lijkt mij niet vreemd. Studenten hebben ook praktijkervaring nodig op andere plaatsen dan het onderwijs. Dit is bijvoorbeeld erfgoededucatie.’

‘In het derde jaar Geschiedenis’, vervolgt hij, ‘worden de vakken Geschiedenis kleiner en wordt alles meer gericht op lesgeven. Sommige studenten vinden dit jammer en kiezen bijvoorbeeld voor de master Geschiedenis aan de Universiteit Utrecht.’

Dat de strategische agenda zich ook richt op het aanbieden van meer masteropleidingen en… microcredentialingen de geschiedenisleraar vindt het ‘heel goed’. ‘Veel studenten vinden het leuk om hun eerste graad te behalen. Dat kan elders, maar het zou mooi zijn als dat ook binnen HR kan.’

Tekst: jos van nierop
Illustratie: Demián Janssen