close
close

Utrecht 60 jaar geleden: buitenlandse werknemers in Utrecht


Foto: VN 21-2-1964

Terwijl de meeste Italianen en Spanjaarden via de industrie naar Nederland kwamen, zorgde de komst van de Grieken voor een stroom buitenlanders die op eigen risico naar Nederland en vooral naar de stad Utrecht reisden. Utrecht kreeg het grootste aandeel, vooral van Grieken en Turken, meldde het Utrechtsch Nieuwsblad op vrijdag 21 februari 1964.

Alleen al in de stad Utrecht werkten eind januari zo’n 1.650 extra zogenaamde buitenlanders: 760 Grieken, 400 Spanjaarden, 300 Italianen, 162 Turken en 20 Marokkanen. Als we buitenlanders meerekenen die al enige tijd in Utrecht werken, zoals verbannen Polen, Hongaren, Belgen etc., dan wonen er 4.000 buitenlanders in Utrecht, waaronder meerdere vrouwen. Integendeel, het aantal buitenlandse werknemers in de provincie is uiterst klein.
Dat de stad Utrecht het afgelopen jaar zo’n grote toestroom van buitenlanders heeft ontvangen, is te danken aan de flexibiliteit in de omgang met toelatingsregels door de vreemdelingenpolitie in de spoorstad. In de huidige situatie is er overal werk beschikbaar en is het onrealistisch om werknemers aan de grens te laten staan ​​terwijl bedrijven niet over voldoende personeel beschikken. Den Haag gaat er waarschijnlijk van uit dat buitenlandse werknemers een rem vormen op de zwart-aangegeven lonen, die anders nog hoger zouden zijn vanwege het gebrek aan werkgelegenheid bij bedrijven, en dat buitenlanders daarom anti-inflatoir werken.
De flexibele toelatingsregels hebben Utrecht in ieder geval een gunstige reputatie bezorgd onder buitenlanders. De een beveelt de stad aan aan de ander en ze blijven komen, soms uit hun thuisland, vaak uit West-Duitsland en België, waar de levensomstandigheden voor buitenlandse werknemers minder aantrekkelijk zijn.
Dagelijks staan ​​ze aan de deur van het Regionaal Arbeidsbureau aan de Breedstraat: Grieken, Turken, Spanjaarden en zelfs Libanezen. Meestal rapporteren zij in groepen. Het contact wordt vergemakkelijkt omdat er in elke groep iemand is die gebrekkig Duits of Frans spreekt.
Veel van degenen die zich aanmelden, hebben weinig geld op zak. Er zijn mensen die niets anders bezitten dan de kleding die ze dragen. Ze vertrouwen allemaal op de behandeling die het Arbeidsbureau Utrecht hen zal geven. En het Arbeidsbureau plaatst ze binnen een paar dagen en, indien nodig, tot op de minuut.
Wat veel werknemers in Zuid-Europa verbaast, is dat ze niets hoeven te betalen, noch onder, noch boven de tafel. Dat zijn ze in eigen land niet gewend en steken hun dankbaarheid daarvoor niet onder stoelen of banken.
De vlotheid waarmee het uitzendbureau bemiddelt is een tweede reden voor de stroom buitenlandse arbeidskrachten. Deze fluïditeit is te danken aan het feit dat de leiding van het Regionaal Arbeidsbureau vanaf het begin het standpunt heeft ingenomen dat ook buitenlanders op passende wijze moeten worden bemiddeld.
Om deze reden werd enkele jaren geleden het hoofd van de algemene afdeling bemiddeling, de heer TG van de Bunt, ten behoeve van buitenlanders ontslagen. Het is niet onwaarschijnlijk dat haar positie uniek is in Nederland.
Inspecteur De Vries, hoofd van de Utrechtse Vreemdelingenpolitie, was verrast dat er vrijwel geen misdrijven zijn aangetroffen onder buitenlandse werknemers. Volgens De Vries zijn er in Utrecht geen moeilijkheden geweest zoals in Twente of Limburg. Hij schrijft het lage misdaadniveau gedeeltelijk toe aan het feit dat de geringste ‘verdraaide slip’ tot deportatie leidt. ‘Buitenlanders weten dit en het heeft een preventieve werking. Voor de meesten is deportatie in ons land erger dan opsluiting.’

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *