close
close

Zoetermeers Dagblad | Richard de Mos, verrast door de uitspraken van de directeur-generaal van het Openbaar Ministerie, Rinus Otte

Zoetermeers Dagblad |  Richard de Mos, verrast door de uitspraken van de directeur-generaal van het Openbaar Ministerie, Rinus Otte

De Haagse politicus Richard de Mos reageert verbijsterd op de uitspraken van de directeur-generaal van het Openbaar Ministerie (OM), Rinus Otte, in opinieweekblad EW.

Otte zegt dat De Mos naar zijn mening niet hoefde af te treden als raadslid toen het Openbaar Ministerie hem en anderen identificeerde als verdachten van corruptie. “Zolang iemand niet veroordeeld is, is hij niets meer dan een verdachte”, zegt Otte. “In sommige landen kan iemand met twintig strafzaken tegen hem zich gewoon kandidaat stellen voor het presidentschap.”

“We moeten niet gebruiken wat het Openbaar Ministerie doet, legaal en met de beste bedoelingen, om een ​​partij uit te sluiten van coalitieonderhandelingen”, vervolgt Otte in het interview. “Als die partij dan een serieuze partner voor anderen zou zijn geweest, zouden ze eenvoudigweg een coalitie hebben gevormd.” Volgens het hoofd van het Openbaar Ministerie had De Mos niet moeten aftreden als raadslid. “Voor ons was dat helemaal niet nodig.”

In het interview met EW erkent Otte dat het proces tegen De Mos en de andere verdachten lang duurt. “Of dat in deze zaak gevolgen heeft, maak ik me grote zorgen. Maar lengte op zichzelf mag geen reden zijn om een ​​zaak te laten vallen.”

Richard de Mos en de andere verdachten werden door de rechtbank vrijgesproken. Het hoofd van het Openbaar Ministerie, Otte, legt uit waarom besloten is in beroep te gaan. “Het is in het belang van de democratie dat we deze zaak tot op de bodem willen uitzoeken. Om te weten hoe ver de grenzen van de democratie reiken. Die grenzen kunnen we niet zelf trekken, daar is een rechter voor nodig. Dat heet juridische opleiding. “

Een ongekende heksenjacht

Richard de Mos noemt de uitspraken van Otte ‘zeer bitter’: ‘Otte en consorten hadden hierover moeten nadenken voordat ze de democratie in Den Haag kapot zouden maken met jaren van ongekende heksenjachten tegen mij en mijn partij. De intensiteit van de invallen van de Nationale Recherche van Op 1 oktober 2019 en de daarmee samenhangende persberichten van het Openbaar Ministerie, die aanleiding gaven tot een proces door de media met harde beschuldigingen, begon de val van de De Mos I-school.”

“Door het optreden van het Openbaar Ministerie hebben de partijen in de Haagse gemeenteraad binnen 24 uur een motie van afkeuring ingediend tegen de raadsleden van Hart voor Den Haag; een motie die een meerderheid zou krijgen. Daarom hebben wij met geweld ‘Wij behouden ons de eer voor. Het Openbaar Ministerie had dit allemaal moeten weten en voorzien.’

De Mos vindt het onbegrijpelijk dat Otte later zegt dat zolang iemand niet veroordeeld is, hij of zij niets meer is dan een verdachte. “Dit is natuurlijk geen geloofwaardig excuus voor hevig bloeden”, zei de politicus. “Dankzij de acties van het Openbaar Ministerie is mijn carrière door God geholpen en ben ik al jaren geen raadslid meer. Ik lijd schade aan mijn imago, reputatie, gezondheid, emotionele en economische schade. Ik heb geleden onder de actie van het Openbaar Ministerie Het spijt me machine “Ik ook niet, ik geloof er geen woord van.”


Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *