close
close

Zorgen over bodemverontreiniging in het Amsterdamse Bos zijn in de BBA niet opgelost

15 februari 2024 om 13:57 uur

Beleid

AMSTELVEEN Ondanks de uitspraak van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam dat bodemverontreiniging in het bos geen enkel risico oplevert voor de gezondheid van bezoekers, zijn de zorgen van Burgerbelangen Amstelveen (BBA) over bodemverontreiniging niet weggenomen. De gemeentefractie van de lokale partij heeft hierover aanvullende vragen gesteld aan het college van burgemeester en wethouders van Amstelveen. Roept op tot een gecoördineerde aanpak, gedetailleerd onderzoek en transparante communicatie richting Amstelveense inwoners hierover.

Toen het bos ontstond, werd er niet altijd gebruik gemaakt van schone materialen. Banken zijn bijvoorbeeld verstevigd met puin. Ook activiteiten uit het verleden hebben hun sporen op het terrein achtergelaten. Als gevolg hiervan is de bodem in sommige delen van het bos vervuild met teer, lood, zink en olie. Het feit dat bepaalde stoffen in de bodem van deze plekken aanwezig zijn, betekent volgens het gemeentebestuur niet dat er gezondheidsrisico’s zijn. Wel moet volgens B en W uit Amsterdam voorkomen worden dat bezoekers regelmatig in contact komen met de bodem als de concentratie van een stof in de bodem op een bepaalde plek te hoog blijkt te zijn. Bij een wijziging in het grondgebruik in het Amsterdamse Bos vindt de gemeente het daarom van belang om vast te stellen of de nieuwe situatie een gevaar kan opleveren voor de gezondheid van gebruikers.

VERMINDER RISICO’S

BBA heeft echter nog steeds zorgen. De partij vraagt ​​nu bij het college van burgemeester en wethouders gedetailleerde locatiegegevens op van de plekken in het bos waar bodemverontreiniging is geconstateerd en actieplannen en maatregelen om de risico’s van asbestdrift, zwemmen en consumptie van vis en producten uit het nieuwe Voedselbos vlakbij te verkleinen. De geitenboerderij in het Amsterdamse Bos in de stad wordt aanzienlijk verkleind.

VOEDSEL BOS

Wat betreft het Voedselbos heeft Amsterdam voorafgaand aan de aanleg een bekend onderzoeksbureau bodemonderzoek laten uitvoeren. Volgens B en W van Amsterdam heeft dit tot de conclusie geleid dat er hier geen beperkingen zijn op het telen en consumeren van consumptiegewassen. Dat meldt de gemeente Amsterdam op vragen van de gemeentelijke fracties van de Partij voor de Dieren en Volt naar aanleiding van een in november gepubliceerd artikel op de gemeentelijke zender AT5 over bodemverontreiniging in het bos.

POEL AMSTELVEENSE

Na het AT5-artikel en de reacties die BBA van bewoners heeft ontvangen, heeft de partij echter nog steeds zorgen. Ook verwijst de partij naar een uitzending van het politieke programma ‘Decisivo!’ door de lokale geul 1Amstelveen waarin het Hoogheemraadschap Rijnland aangeeft dat de bodem van de Amstelveense Poel verontreinigd is met chemicaliën zoals zware metalen, Pfas en PAK’s. Ook Rijnland meldt dat de verontreiniging van de waterbodem volgens het waterschap niet ernstig is en geen bedreiging vormt voor de volksgezondheid. Ook gaf het waterschap aan dat de kwaliteit van het bodemslib niet veel verschilt van die op andere locaties binnen de stedelijke context. De vervuiling is echter zodanig dat het baggerspecie niet ter plaatse op land kan worden verwerkt, maar naar een erkend verwerkingsbedrijf moet worden getransporteerd.

UITGEBREID ONDERZOEK

In aanvullende vragen aan de gemeenteraad van Amstelveen benadrukt BBA-wethouder Dave Offenbach het belang van een urgente en gecoördineerde reactie op bodemverontreiniging in het Amsterdamse Bos om de veiligheid en het welzijn van de Amstelveense gemeenschap te waarborgen. Roept op tot een leidende rol voor de gemeente Amstelveen bij de coördinatie van dit vraagstuk. Volgens hem moet Amstelveen ook druk uitoefenen op de gemeente Amsterdam om in samenwerking met het RIVM een gedegen onderzoek uit te voeren en moet de samenwerking met de deskundigen en andere betrokken gemeenten worden versterkt.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *