Winy Maas fietst stralend langs haar gebouwen – Advertising Rotterdam | De Havenloods

Speler van de week in Rotterdam

Woensdag 14 februari, 17.30 uur

Algemeen
218 keer gelezen

Rotterdam – Of het nu de Markthal, het Depot Boijmans Van Beuningen of de blauwe huisjes in zijn eigen wijk in Middelland is: Winy Maas kan er echt trots op zijn als hij er op de fiets langskomt. Van uw architectuurstudio MVRDV kunnen wij de komende jaren nog veel meer moois verwachten. Maar eerst is hij onze speler van de week in Rotterdam, een maand nadat hij 65 is geworden.

Door Emile van de Velde

Je moet snel de trein halen. Waar gaat de reis deze keer heen?

“We gaan de televisietoren van Roosendaal beklimmen. “Lokale politici hebben mij gevraagd na te denken over de ontwikkelingen op dat gebied.”

Ga terug naar je Brabantse roots.

“Ik kom uit Schijndel. Toen ik ongeveer 9 jaar oud was, maakte ik een reuzenrad en ontwierp vervolgens een spookhuis. Zelf moest ik op mijn tiende een bouwvergunning aanvragen. Ja, dat was er al vanaf het begin. Mijn ouders hadden een tuincentrum en wilden eigenlijk dat ik daar ook kwam werken. Dat deed ik ook, ik ontwierp de tuinen. Maar ik wilde naar de grote stad.”

Rotterdam.

“De eerste keer ging ik landschapsarchitectuur studeren in Boskoop, op de HTS. En ik heb ook in Amsterdam gewerkt. Toen ik mijn studie in Delft voortzette, leek Rotterdam een ​​logische plek om te wonen. In Middelland. Ik woon daar nog steeds, in dezelfde straat, maar in een ander huis. Ik woon daar met mijn vrouw, die theaterregisseur is. “Mijn drie kinderen zijn het huis uit.”

Hoe was jouw kennismaking met onze stad?

“Ik vond het geweldig. Met de tram naar het Heemraadsplein. En naar Dizzy. Het was allemaal heel spannend. Ik studeerde af in Hotel New York. Het stond leeg en we waren neergehurkt. In 1991 heb ik samen met Jacob van Rijs MVRDV opgericht en Nathalie de Vries. Nu hebben we vijf à zes satellietkantoren over de hele wereld, maar ik kan me niet voorstellen dat we het hoofdkantoor ooit uit Rotterdam zullen verhuizen.”

MVRDV brak met de Markthal door in Rotterdam.

“De blauwe huisjes in Middelland had ik al ontworpen om te laten zien dat je op daken kunt bouwen. Toen we de plannen maakten voor de Markthal zei burgemeester Opstelten (Maas imiteert diepe basstem, red.): “Nou, iedere architect begint wel eens met een zolder.” Haha.”

Hoe voel je je nu in Rotterdam?

“Ik kreeg een heel Rotterdams gevoel toen ik werd gevraagd stadsadviseur te worden voor Busan, de grootste havenstad van Zuid-Korea. In Rotterdam willen zij hun stad weerspiegelen. En dan vragen ze mij dat. ‘Het is nooit af’ is één van de motto’s uit het Rotterdamse verleden. Ik denk dat dat heel sterk is. Elke tien jaar zie je in Rotterdam een ​​nieuwe bouwbeweging ontstaan. En dat de stad daar echt voor openstaat. Dat vind ik leuk.”

Op welk gebouw in Rotterdam ben jij het meest trots?

“Een architect moet van zijn eigen ontwerpen willen leven. Dat is volgens mij gelukt bij Markthal, Depot en Blauwe Huizen. Er is niets leukers voor mij dan tijd doorbrengen op de fiets en dan begin ik echt te glimlachen. Soms moesten we hard vechten om het te bemachtigen, maar op het Depot kostte het echt veel overtuigingskracht. “Dan zou het heel mooi zijn als mensen, vooral buurtbewoners, achteraf blij zijn.”

Er komen nogal wat nieuwe dingen aan, toch?

“Portlantis, het nieuwe pand van Havenbedrijf Rotterdam op de Maasvlakte, is bijna klaar. Ik ga ervan uit dat The Sax en The Modernist doorgaan, al bestaat daar nog geen honderd procent zekerheid over. Wij werken in de spoorzone naast Rotterdam Centraal Station, aan de rand van het Schiekadeblok. We gaan ons ook inschrijven voor de nieuwe brug in de stad, wat ons heel leuk lijkt om te doen. Ik hoop ook op een brug in het westen, daarvoor heb ik een stervormig ontwerp gemaakt, een brug die op drie plekken het land bereikt. En mijn handen beginnen te jeuken bij dat attractiepark in de Doklaan. Naar mijn mening moeten daar woningen worden gebouwd. Hoe dan ook, het zuiden lijkt mij erg interessant; “Er zijn nog veel meer mogelijkheden rondom Zuidplein en Ahoy.”

Het is iets buitengewoons. Mogelijk veranderen we binnenkort de naam van de stad…

“Ja, dan maken we er Maasstad van, ha ha.”