close
close

Nederland moet stoppen met het leveren van F-35-onderdelen

Nederland moet stoppen met het leveren van F-35-onderdelen

Nederland kan geen F-35 straaljageronderdelen meer leveren aan Israël. Dat heeft het Gerechtshof in Den Haag maandag besloten, in een kort geding aangespannen door de mensenrechtenorganisaties Oxfam Novib, Pax en The Rights Forum.

De zaak draait om stukken uit de Verenigde Staten. Nederland levert ze via vliegbasis Woensdrecht aan meerdere landen, waaronder Israël. Mensenrechtenorganisaties eisten voor de rechtbank dat deze doorvoer zou worden stopgezet, omdat F-35-onderdelen zouden kunnen worden gebruikt om burgerdoelen in Gaza aan te vallen.

De rechtbank is het met hen eens. De rechtbank oordeelde ook dat er een risico bestaat dat straaljagers worden ingezet bij schendingen van het humanitair recht. Volgens door Nederland ondertekende internationale verdragen moet de staat stoppen met het leveren van onderdelen aan Israël. De minister van Buitenlandse Handel, Geoffry van Leeuwen, krijgt daar maximaal zeven dagen de tijd voor.

Diplomatieke betrekkingen met Israël en de Verenigde Staten

Met deze conclusie maakt de rechtbank een einde aan een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter. Eerder oordeelde hij al dat de Staat F-35-onderdelen mocht blijven leveren. Na de Hamas-aanval op 7 oktober en de daaropvolgende oorlog in Gaza onderzocht toenmalig minister Liesje Schreinemacher de in 2016 afgegeven exportvergunning opnieuw, maar besloot deze niet te herzien. In eerste aanleg oordeelde de rechter dat de minister de ‘relevante belangen’ had afgewogen.

De rechtbank is het daar niet mee eens. Bij het besluit de vergunning niet te wijzigen heeft de Staat er rekening mee gehouden dat de diplomatieke betrekkingen met Israël en de Verenigde Staten zouden worden geschaad als Nederland de export van onderdelen zou opschorten. Maar de rechtbank concludeert dat dergelijke politieke of economische overwegingen nooit mogen prevaleren boven internationale overeenkomsten.

De rechtbank benadrukt dat niet bewezen is dat Israël effectief het oorlogsrecht schendt. De rechters zijn niet in een positie om dit te bepalen, zeggen ze zelf. Ze wijzen echter op berichten over talloze burgerdoden in Gaza en de manier waarop Israël doelen aanvalt met bommen die niet erg nauwkeurig zijn. Volgens de rechtbank kan er dus sprake zijn van een duidelijk risico op oorlogsmisdaden, wat voor Nederland voldoende zou moeten zijn om de export van onderdelen conform internationale normen stop te zetten.

Michiel Servaes, directeur van Oxfam Novib, noemt de uitspraak van de rechtbank ‘buitengewoon goed nieuws’. Vooral voor burgers in Gaza.” “Nu Israël afgelopen weekend zojuist een aanval heeft gelanceerd op de stad Rafah, waar momenteel meer dan de helft van de bevolking van Gaza zijn toevlucht zoekt, is het van groot belang dat Nederland onmiddellijk actie onderneemt”, zegt hij.

Lees ook:

Het Internationale Gerechtshof heeft Israël opgedragen al het mogelijke te doen om genocide te voorkomen

Het Internationale Gerechtshof (ICJ) eist dat Israël al het mogelijke doet om slachtoffers in Gaza te voorkomen. Het land moet er ook alles aan doen om genocide te voorkomen, oordeelden de rechters. De rechtbank heeft een tussenuitspraak gedaan in een zaak die was aangespannen door Zuid-Afrika.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *