Milieuorganisaties en restauratie worden het niet eens over zacht glas in ‘t Kielegat | BredaVandaag

Door: Michel Claessens

15 minuten geleden

Algemeen

BREDA – Iedereen die tijdens carnaval door de binnenstad van Breda heeft gelopen, zal ongetwijfeld veel plastic bekers hebben gezien. Al moeten deze softcups wel ingeleverd worden. De milieuorganisaties in Breda concluderen daarom dat het softcupsysteem niet werkt en dat de regels rondom single-use plastic niet worden nageleefd. Johan de Vos van Koninklijke Horeca Nederland vindt de kritiek onterecht.

“Je ziet dat er nog steeds veel brillen op straat en in de natuur belanden”, zegt Elisah Pals, klimaatburgemeester van Breda en oprichter van Zero Waste Nederland. Toen bekend werd dat de regels van de Europese Unie over wegwerpplastic gingen veranderen, werkte hij samen met verschillende milieuorganisaties in Breda om de gemeente Breda te helpen bij deze transitie.

Vanaf het begin ontmoedigden ze softcups. “Harde cups met reservoirs werken het beste”, zegt Pals. Volgens Pals wordt dit systeem sinds 2018 met succes in Leiden geïmplementeerd. In 2022 zijn milieuorganisaties samen met vertegenwoordigers van de gemeente en de restauratie van Breda naar Leiden afgereisd om het met eigen ogen te zien. Ondanks zijn inspanningen werd zijn advies volgens Pals niet opgevolgd.

De inspectie heeft om de uitvoering verzocht

De milieuorganisaties van Breda betreuren het dat de gemeente de keuze voor een vaartuigsysteem aan ondernemers heeft overgelaten. Ze hebben volgens hen gekozen voor de weg van de minste weerstand: een systeem met softcups. Europese normen bieden ruimte voor een dergelijk systeem, maar alleen als het merendeel van de uitgegeven bekers op hoogwaardige wijze wordt gerecycled. Milieuorganisaties in Breda achten het echter nog steeds niet bewezen.

Sterker nog, volgens hen worden de ingezamelde bekers niet goed verwerkt. “Volgens de regelgeving moeten deze glazen met hoge kwaliteit gerecycled worden om er nieuwe glazen of voedselcontainers van te kunnen maken. Dat zien we in Nederland nauwelijks gebeuren. Dit komt deels door de strenge regelgeving voor gerecycled plastic voor voedselverpakkingen”, legt Pals uit.

Om deze reden heeft de Vereniging Natuur en Milieu Markkant (NMV) een handhavingsverzoek ingediend bij de Inspectie Verkeer en Leefomgeving. “De bewijsopdracht komt overeen met het herstel van Breda. Wij achten het verstandig dat een onafhankelijke inspectie dit beoordeelt. Anders is het een slager die zijn eigen vlees keurt”, zegt Pals.

De tekst gaat verder onder de foto.

Foto: Paul Hermans

‘Het heeft ook met fatsoen te maken’

Johan de Vos, van de afdeling Breda van Koninklijke Horeca Nederland (KHN), vindt de beschuldigingen aan het adres van de restaurantondernemers niet terecht. ”Laten we beginnen met het feit dat er overal bordjes stonden met de mededeling dat mensen de bril moesten terugbrengen. Veel mensen onder de tienduizenden hebben het niet gedaan en dat heeft ook met fatsoen te maken”, zegt De Vos.

Verschillende bedrijfseigenaren hebben ook mokclips gebruikt om het voor bezoekers gemakkelijker te maken hun mok te bedienen. Daarom lijkt het niet eerlijk dat restauranteigenaren nu de schuld krijgen van het feit dat ze zich niet allemaal aan het systeem houden.

Te vroeg om conclusies te trekken

Verder is het in navolging van De Vos de vraag of het softcub-systeem heeft gefaald. “Ik denk dat de woensdag na carnaval vrij vroeg is om conclusies te trekken zonder cijfers te kennen”, zegt De Vos. Volgens de EU-normen moet 75 procent van de bekers hoogwaardig worden gerecycled. Omdat er nog steeds cijfers beschikbaar zijn, is het te vroeg om te concluderen dat het softcupsysteem heeft gefaald.

“Als blijkt dat er te veel brillen op straat zijn beland, dan ben ik de eerste om toe te geven dat we daar nog eens naar moeten kijken”, zegt De Vos. Wat betreft de bestemming van de geretourneerde brillen acht De Vos het juist om de zakenlieden aansprakelijk te stellen.

“We moeten het op een bepaalde manier opleveren en dat doen we”, legt De Vos uit. “Hoe elk bedrijf, na ontvangst van onze mokken, het volgende deel van het proces correct afhandelt, is niet aan ons als bedrijfseigenaren.”