close
close

Deze foto eindigt in gevangenschap op Kamp Amersfoort voor zwemvrienden uit Harlingen. “We mochten niemand iets vertellen.”

De Nationale Sportherdenking, die sinds 2005 in het Olympisch Stadion in Amsterdam wordt gehouden, heeft dit jaar zwemmen als thema. Sporthistoricus Jurryt van de Vooren deed hier onderzoek naar. Ook in Fryslân vond hij ontroerende verhalen.

In de zomer van 1941 werd een heel vrolijke foto gemaakt van een groep vrienden bij zwembad Harlingen. Ze hielden er geen rekening mee dat ze de wet overtraden.

Stenen Man’s Zeezwembad was een populaire plek in Harlingen. “Het zwembad fungeerde ook als ontmoetingsplek”, schrijft Jeanine Otten op de website Vergeten Harlingers . “Op mooie dagen kon je tot negen uur ‘s avonds blijven.” Hetzelfde gebeurde tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen Duitse soldaten contact probeerden te leggen met de lokale bewoners, meestal tevergeefs.

V-teken

Die zomer van 1941 bezocht een groep van elf kinderen dit zwembad om een ​​leuke dag in het water door te brengen. Ze zagen een Duitse soldaat foto’s maken van de zwemmers, waarna ze afspraken dat iedereen zijn vingers opstak als de camera op hen gericht was. Velen van hen maakten het V-teken, toen bekend als Churchills teken van verzet, een symbool van vrijheid. Minstens één kind stak drie vingers in de lucht en vormde de letter W, voor koningin Wilhelmina, destijds in ballingschap.

Dit alles was zeer riskant, omdat dictatoriale systemen niet bekend staan ​​om hun gevoel voor humor. Zo haalde op 13 mei 1941 een groep jongens een grap uit in de haven van Maassluis door het officiële fluitsignaal na te doen van de Duitse schepen die daar afgemeerd lagen. De matrozen vonden dit een serieus teken en iedereen kwam in actie, totdat na een tijdje bleek dat het een grap was van een paar stoute kinderen. Ze werden vervolgens allemaal gearresteerd en afgevoerd. Johannes van Veen werd een jaar later in kamp Dachau vermoord. In tijden van oorlog brengen grappen soms levens in gevaar.

Daarom liep het slecht af voor de Harlinger groep, al wisten ze dat nog niet toen ze na een leuke dag thuiskwamen. Volgens het Fries Verzetsmuseum hebben meerdere kinderen opdracht gegeven voor deze foto, al is niet duidelijk voor wie deze gemaakt is. Had die Duitse soldaat een eigen fotografiebedrijf? Zo ja, hoe wisten die jongens dat? En waarom zouden ze die verboden tekenen van vrijheid en de koningin in ballingschap aan een Duitser geven, en dan de vijand zelf op de proef stellen? Of was het een andere fotograaf geweest, iemand uit jouw omgeving?

Veel vragen, maar één ding is zeker: de foto is afgedrukt.

Arresteren

Op 13 oktober 1941 werden vier jongens uit deze groep gearresteerd omdat zij ervan verdacht werden huizen van NSB-leden te hebben beklad. Het waren Gerrit Haagsma, Tommy Kuurstra, Jochem Stegeman en Wetze de Windt. Tonny Jansen had deze groep als inspecteur van de lokale politie opgepakt, schreef HH Drost in het boek. Harlingen in oorlogstijd .

“Een van hen had een foto bij zich, waarop ook zes andere kinderen te zien waren”, zei Drost over de foto van eerder dat jaar bij het zwembad. “Deze foto werd gevonden tijdens een huiszoeking en werd als vijandig tegenover Duitsland beschouwd.” Ook Keimpe Glastra van Loon, Lieuwe Koopmans, Henk Mensink, Jopie Roukema en Michel Witte werden om deze reden gearresteerd.

Frank Wiegersma was ziek en hoefde daarom niet mee te doen. Dan ontbreekt er een naam, want er verschijnen elf kinderen op de foto en de Duitsers hebben er tien gevonden. Naast Wiegersma ontsnapte nog een persoon aan arrestatie.

Mishandelingen

De negen gearresteerde jongens werden opgesloten in Leeuwarden. Na twee weken werden ze onverwachts gedeporteerd naar concentratiekamp Amersfoort, waar ze nog eens zeven weken bleven. Daar waren ze ooggetuigen van de mensonterende omstandigheden.

Een jongen uit Limburg stierf terwijl hij boomstronken droeg en werd aan zijn lot overgelaten. Voor de ogen van de Friese, Russische en Joodse jongens werden ze doodgeslagen. Een Joodse man werd vijf keer in een diepe put gegooid, waarna hij bewusteloos raakte. De Harlinger kinderen overleefden en mochten eind november naar huis terugkeren nadat hun ouders een boete hadden betaald.

Lieuwe Koopmans legde zijn herinneringen aan dit kamp na de oorlog vast, als verder bewijs dat hij daar onder onmenselijke omstandigheden gevangen zat:

‘In gebouw Zaailand waar Veiligheidsdienst huis heeft de politie van Harlingen ons uitgeleverd. We kwamen in een kamer terecht met een Duitse officier die ons niets vroeg, maar ons via scheldwoorden, geschreeuw en bedreigingen vertelde dat we ons heel slecht hadden gedragen. En dat ze ons zouden leren hoe we ons in de toekomst moeten gedragen. We werden naar het kamp Amersfoort gestuurd.

kaal gesneden

We moesten al onze kleren uittrekken en ze sneden onze hoofden af. Ze gaven me het nummer 902, dit nummer moesten we later op onze kleding naaien. Ze gaven ons kleding. Lang dun ondergoed, een dun overhemd, een paar dunne sokken, een paar ongeverfde klompen, een soldatenjas, broek en hoed, een legging en een deken. In het Waldkommando We moesten boomstronken dragen. De vier mensen konden de zware boomstronken nauwelijks optillen. Eén keer konden we een brief naar huis schrijven. Er werd op gewezen dat we niets mochten schrijven over het kamp of onze situatie. En praat gewoon over wat er met ons zou gebeuren. Er waren mensen die vertelden dat je van Amersfoort naar Dachau ging of naar een werkkamp in Duitsland.

Na ruim acht weken waren we weer thuis. We moesten beloven dat we beter zouden worden en mochten aan niemand, ook niet thuis, vertellen wat we hadden gezien en meegemaakt. Van de vijfenzeventig kilo die hij woog voordat hij vertrok, bleven er nog maar vijftig over.

En alleen maar omdat Lieuwe Koopmans op zo’n vrolijke foto werd vastgelegd, op een mooie zomerdag aan het Harlinger zwembad.

Van de Vooren blijft zoeken naar informatie over de Harlinger pooljongens en de leden van De Watervrienden. Deze kunt u per e-mail toesturen: [email protected]. Ook voor verdere vragen en opmerkingen over sport in de Tweede Wereldoorlog kunt u via dit e-mailadres contact met hem opnemen.

Ze leefden

Nederland kende in de jaren dertig een socialistische sporttraditie met tienduizenden leden. Hiervan bestaan ​​honderden foto’s, maar vaak is onbekend wie erop voorkomt. De KNZB en de Nederlandse Reddingsbrigade hebben een gemeenschappelijk verleden, aangezien zij tijdens de Tweede Wereldoorlog gedwongen waren te fuseren. In 1947 publiceerden zij een gedeelde dodenlijst met de namen van 160 oorlogsslachtoffers.

Daar bleef het niet bij, want uit de lijst bleek ook dat de Amsterdamse zwemvereniging De Watervrienden ongeveer 200 Joodse leden had verloren. Dit is meer dan alle Nederlandse zwemverenigingen bij elkaar. De namen van de Amsterdamse slachtoffers zijn echter onbekend, aangezien deze vereniging direct na de Duitse inval haar gehele ledenadministratie vernietigde. Op deze manier hoopte de club te voorkomen dat de nazi’s haar leden gemakkelijk konden lokaliseren.

Bovendien waren deze Vrienden van Water aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Arbeidssport, onderdeel van de Socialistische Internationale van de Arbeidssport met twee miljoen deelnemers in heel Europa. De honderden socialistische en joodse leden van De Watervrienden maakten zich in mei 1940 dan ook geen illusies. Hun Duitse sportvrienden werden zeven jaar lang vervolgd en vermoord en ze wisten dat in Nederland hetzelfde zou gebeuren.

Verdwenen sporttraditie

Socialistische sport was in ons land niet zo belangrijk, zeker niet als we het vergelijken met de miljoen leden die er in Duitsland waren voordat Hitler aan de macht kwam. Er was echter een eigen sporttraditie, met meer dan 20.000 atleten die wekelijks bijeenkwamen voor zowel de sport als de socialistische strijd, een ondeelbare eenheid voor deze groep. Ze wilden niet met elkaar sporten, zoals op de Olympische Spelen, maar met elkaar. Ze wilden niet achter hun eigen nationale vlag lopen, zoals op de Olympische Spelen, maar samen achter de rode vlag.

Zwemmen was het populairst in ons land, met in totaal 6.000 leden in ongeveer 30 socialistische zwemclubs. Ook in Leeuwarden bestond zo’n zwemvereniging. De Amsterdamse vestiging was veruit de grootste en kwam één keer per jaar naar Fryslân voor zwemdemonstraties.

Bitter

Er zijn honderden foto’s van deze socialistische sporttraditie, afgedrukt in tijdschriften zoals Sporten uit de arbeidersklasse en het weekblad Over ons bij Arbeiderspers Amsterdam . Hierdoor ontstaat een beeld van een vergeten, verdwenen en vermoorde sportwereld. Daarom is het heel bitter dat we niet weten welke mensen we op die foto’s zien, omdat hun namen nooit in socialistische tijdschriften zijn genoemd; iets wat andere sportverenigingen deden. In de jaren dertig was het te gevaarlijk om dergelijke persoonlijke informatie te verspreiden. Het fascisme was in opkomst en de Nederlandse regering was geen vriend van de socialistische beweging. Daarom waren al die persoonlijke gegevens goed beschermd.

Nadat in mei 1940 de gehele ledenadministratie was vernietigd, is het vrijwel onmogelijk om de namen van de 200 joodse zwemmers van De Watervrienden te achterhalen. Het is een bekend probleem in het Holocaustonderzoek.

Kijk daarom naar de zwemfoto’s, want zo plaatsen we de vermoorden in de geschiedenis. Ze leefden.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *