“Hij won bijna alles wat er te winnen viel, ook Ajax”

Ruud Gullit verhuisde in 1982 van HFC Haarlem naar Feyenoord. De speler werd volwassen bij de Rotterdamse club, waarna hij uitgroeide tot topvoetballer die in 1989 werd uitgeroepen tot Wereldvoetballer van het Jaar.

Dat de in Amsterdam geboren Nederlander van HFC Haarlem naar Feyenoord verhuisde, trok de aandacht van sommigen, herinnert Gullit zich. “Toen ik bekendmaakte dat ik van Haarlem naar Feyenoord ging, werd ik uitgenodigd voor het televisieprogramma van Sonja Barend. Hij vertelde dat iedereen erg verrast was dat ik niet naar Ajax ging, maar naar Feyenoord. “Sonja vroeg mij letterlijk wat ik moest doen bij zo’n slechte club”, zegt hij in het blad Feyenoord.

Dat zette de toon. “Ik keek haar aan en zei: ‘Je kunt vinden wat je wilt.’ Maar als we kampioen worden, moet je mij opnieuw uitnodigen, toch? Ik zag het potentieel van de club en het team. Een jaar later was het zover. Het seizoen 1983-1984, wat een jaar was dat. We hadden echt een heel sterk team, met ervaren spelers als Ivan Nielsen, Ben Wijnstekers en Michiel van de Korput. Allemaal geweldige spelers. Maar we hebben ook talentvolle jongeren als Mario Been, Henk Duut en André Hoekstra.”

Dat ook Johan Cruijff de gelederen kwam versterken, betekende veel voor de ontwikkeling van de toen nog jonge Gullit. “Johan kwam als een geschenk uit de hemel. Hij was zowel technisch als tactisch ongelooflijk goed. Het heeft ons goed gepositioneerd. En daardoor zijn we allemaal beter gaan voetballen. Dat was de kracht van Johan: anderen beter maken. Maar ik heb het ook aan de andere spelers te danken dat ik in het seizoen 83-84 mijn grootste ontwikkeling heb doorgemaakt. “Het was een geweldige leerervaring.”

8-2 in Amsterdam
Feyenoord was in 1984 oppermachtig. De ploeg van coach Thijs Libregts won vrijwel alle wedstrijden met grote cijfers. Slechts twee wedstrijden werden gemist, waaronder de 8-2 nederlaag in Amsterdam. Gullit neemt de veelbesproken nederlaag niet heel serieus, zegt hij. “Het lijkt misschien vreemd, maar we waren lange tijd beter. Ook wij kregen kansen om op voorsprong te komen. Na de 3-2 (Feyenoord was teruggekomen na een 3-0 nederlaag) gingen we hard aan de slag. Vervolgens werd met veel geluk de 4-2 bereikt. Keje Molenaar kreeg de bal per ongeluk op het achterhoofd. Nou ja, daarna gingen de deuren voor ons open. En ze hadden het geluk dat bijna alle aanvallen werden uitgevoerd.”

Het grote verlies werd niet lang herdacht. “Het grappige is dat die nederlaag mij helemaal geen pijn heeft gedaan. Het was meer een soort koerswijziging. Johan Cruijff zei na afloop: “Jongens, het zijn maar twee punten.” We wisten dat we goed voetbal konden spelen. Dankzij die 8-2 verbeterden we. Daarna wonnen we bijna alles wat er te winnen was. Ook van Ajax, zowel thuis als in de beker”, besluit Gullit.