Drie onderdanen van derde landen zullen tot hun vonnis als rechter kunnen blijven dienen

De derdelanders, een 30-jarige man uit India, een 25-jarige man uit Pakistan en een 25-jarige man uit Ghana, verzetten zich afgelopen woensdag in de rechtszaal tegen hun gedwongen vertrek uit Nederland. De Raad van State, de hoogste bestuursrechter, oordeelde in januari dat de bescherming van deze groep vanaf maandag 4 maart stopt. Ze hebben tot 2 april de tijd om Nederland te verlaten. Aanvankelijk kregen derdelanders in Nederland dezelfde tijdelijke bescherming als Oekraïners die vluchtten toen de oorlog uitbrak. Dit betekende dat zij net als Oekraïners in Nederland mochten wonen, werken en studeren.

Volgens advocaten uit India, Pakistan en Ghana is het besluit van de Raad van State in strijd met het EU-recht. Bovendien hebben zij zich volgens de advocaten van de Staatsraad nooit kunnen verdedigen tegen de deadline van 4 maart.

Uitspraak

Totdat de rechter over ruim twee weken uitspraak doet, kunnen de drie blijven werken, studeren en verblijven in gemeentelijke opvangcentra.

Deze maand zullen meer van dergelijke zaken worden behandeld bij de rechtbanken van Amsterdam, Roermond, Den Bosch, Rotterdam, Arnhem en Zwolle.