Tegen alle trends in dalen de woonlasten in Velsen

Landelijk gezien is er sprake van een aanzienlijke stijging van de woonlasten. Het gemiddelde ligt op 5,9 procent, zo berekende vereniging Eigen Huis deze week.

De lichte daling in Velsen komt door een verlaging van de afvalstoffenheffing: dit jaar 371,15, terwijl deze vorig jaar 406,87 euro bedroeg. Ten opzichte van vorig jaar zijn de OZB en de rioolbelasting in Velsen gestegen.

Opmerkelijk

Ook in Velsen is de daling opvallend in vergelijking met andere gemeenten in Zuid-Kennemerland. Zo zullen huiseigenaren in de Haarlemmermeer hun woonlasten dit jaar met gemiddeld 15 procent zien stijgen ten opzichte van vorig jaar. Woningeigenaren in de poldergemeente geven aanzienlijk meer uit aan onroerendgoedbelasting, afvalstoffenheffing en rioolheffing. De gemiddelde onroerende voorheffing stijgt van 299,81 vorig jaar naar 348,23 euro dit jaar, de afvalstoffenbelasting van 391,20 naar 444,84 en de rioolbelasting van 137,56 naar 156,36 euro.

Lees ook: Waarom verschillen de kosten zo sterk tussen gemeenten?

Haarlem

Ook Haarlem en Heemstede kennen een grotere stijging dan het landelijk gemiddelde. In beide gemeenten stijgen de kosten met 9 procent. In Haarlem betaalt een huiseigenaar gemiddeld 1.004,07 euro. Hiermee voegt Spaarnestad zich bij de 94 Nederlandse gemeenten met woonlasten groter dan 1.000 euro. In 2023 waren er nog 54 gemeenten. Heemstede overschreed die grens vorig jaar al. Het gemiddelde bedrag aan woonlasten hier bedraagt ​​dit jaar 1.112,87 euro.

Bloemendaal en Zandvoort noteerden een stijging van 3 procent. Bovendien is een woningeigenaar in Bloemendaal binnen de regio Zuid-Kennemerland veruit de grootste spender aan woonlasten. Dit jaar betaalt hij gemiddeld 1.560,78 aan woonlasten. De dorpsbewoner betaalt hiervan bijna tweederde aan OZB: 992,51 euro.

De gemiddelde woonlasten in Zandvoort stijgen dit jaar naar 813,28 euro.