close
close

In de grote steden van Brabant ontbreekt het aan kennis om de energiedoelstellingen te realiseren


Breda, Den Bosch, Oss en Tilburg boeken minder voortgang dan verwacht in de energietransitie. Hiervoor doet TwynstraGudde onderzoek auditcommissies van de vier gemeenten van Noord-Brabant.

Een van de redenen waarom de doelstellingen voor 2030 mogelijk niet worden gehaald, is dat het proces om woningen en bedrijven aardgasvrij te maken traag verloopt. Dit komt mede door de hoge bedragen die bewoners en bedrijven ervoor moeten betalen.

TwynstraGudde wijst erop dat gemeenten afhankelijk zijn van de inzet van woning- en pandeigenaren, een probleem dat ook in de rest van Nederland voorkomt.

Lees ook: 7 op de 10 gemeenten lopen achter op de CO2-reductiedoelstelling voor 2030.

Als we de vier onderzochte gemeenten analyseren, constateert het bureau dat zij, met uitzondering van Tilburg, niet weten hoe zij momenteel staan ​​in het behalen van hun doelstellingen. Dit betekent ook dat zij hun beleid niet specifiek genoeg kunnen aanpassen.

Gebrek aan overzicht

Volgens het adviesbureau zijn de energiedoelstellingen in de gemeenten Noord-Brabant over het algemeen “duidelijk en concreet”. Maar tegelijkertijd hebben de vier steden onvoldoende zicht op hoe deze doelstellingen zich precies tot elkaar verhouden.

Neem bijvoorbeeld het terugdringen van de CO2-uitstoot. Deze doelstelling hangt samen met het openbaarvervoerbeleid van een gemeente: als meer mensen de auto laten staan, vertaalt zich dat in CO2-reductie. Ook de mate waarin binnen een gemeente wordt bezuinigd, heeft invloed op de CO2-uitstoot.

Uit het onderzoek blijkt dat ruim de helft van de gemeenteraadsleden in Breda, Den Bosch, Oss en Tilburg de individuele energiedoelstellingen per beleidsterrein kent, maar ook dat slechts 30% weet hoe deze doelstellingen met elkaar samenhangen.

“Op deze manier kunnen gemeenteraadsleden gemakkelijk het overzicht verliezen, zeker als de begroting gekoppeld moet worden aan beleid”, schrijven de onderzoekers. “Een duidelijke meerjarige financiële visie gaat verloren.”

Ook op een ander terrein ontbreekt het de vier gemeenten aan een algemene visie. Momenteel werken ze aan de energiedoelstellingen voor 2030. Dat is nog best ver weg. Tussendoelen kunnen u helpen een beter inzicht te krijgen in de voortgang. Maar die tussendoelen ontbreken vaak.

Het is voor de vier gemeenten dus vrijwel onmogelijk om tijdig in te grijpen als een bepaald energiedoel in gevaar komt. “De vernieuwde regionale energiestrategie kan een natuurlijk tussenmoment zijn om de koers te evalueren en indien nodig bij te sturen”, geven de onderzoekers aan.

In het nationale klimaatakkoord wordt aandacht besteed aan de regionale energiestrategie. Afgesproken is dat de dertig regio’s van ons land onder meer de beschikbaarheid van voldoende duurzame energiebronnen garanderen.

Normaal gesproken ontwikkelen regio’s elke twee jaar een nieuwe versie van hun energiestrategie. Gemeenten zouden dit moment kunnen aangrijpen om hun lokale duurzaamheidsbeleid te evalueren.

Overvol elektriciteitsnet

De eerste resultaten van duurzame opwekking zijn zichtbaar in Breda, Den Bosch, Oss en Tilburg, constateert TwynstraGudde. Er is echter nog veel werk aan de winkel: de meeste energietransitieprojecten zitten nog in de pijplijn. Het feit dat deze projecten nog niet zijn afgerond brengt allerlei risico’s met zich mee.

Een belangrijke factor is dat het Nederlandse elektriciteitsnet langzaam verzadigd raakt. Zo meldde Almere in november dat een deel van de nieuwe woningen niet op het elektriciteitsnet kan worden aangesloten. En ook Zeeland gaf aan de maximale capaciteit van het netwerk te hebben bereikt.

Ook Breda, Den Bosch, Oss en Tilburg kunnen last hebben van dit soort problemen. En dat kan uw lokale energietransitie vertragen, zegt TwynstraGudde. “Daarnaast kampen gemeenten ook met een landelijk tekort aan technici om hun energietransitiebeleid uit te voeren”, zeggen de onderzoekers.

Weinig regionale cohesie

Uit de analyse van TwynstraGudde blijkt ook dat de gemeentelijke energiedoelstellingen van Tilburg niet goed aansluiten bij de regionale energiedoelstellingen. In Breda, Den Bosch en Oss doet dit probleem zich in veel mindere mate voor.

De regio waartoe Tilburg behoort heeft alleen regionale doelen gesteld en deze niet vertaald naar taken voor de individuele gemeenten van die regio.

De onderzoekers zijn echter van mening dat er ook voor deze aanpak iets te zeggen valt. “Een voordeel van het vertalen van regionale energiedoelstellingen is dat het duidelijk is waar iedere gemeente verantwoordelijk voor kan worden gehouden. Een nadeel is echter dat gezamenlijke initiatieven die gemeentegrenzen overschrijden lastiger op te zetten en uit te voeren zijn.”

Maar initiatieven die de gemeentegrenzen overschrijden, hebben ook een nadeel. “In de praktijk duurt het vaak lang voordat zo’n organisatie opgericht is en goed functioneert”, zegt TwynstraGudde.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *