Ook het districtscomité Oost roept op tot een vervanger van Bosma bij de Keti Koti-herdenking.

Ieder jaar wordt in het Oosterpark de nationale herdenking van de afschaffing van de slavernij georganiseerd. Normaal gesproken is ook de voorzitter van de kamer aanwezig. Sinds de laatste verkiezingen wordt die functie bekleed door Martín Bosma van de PVV.

Tegen excuses

Zijn komst kan uit bepaalde kringen op veel weerstand stuiten vanwege uitspraken die hij eerder deed over het slavernijverleden. Hij verzet zich openlijk tegen de excuses die de Nederlandse regering hiervoor heeft gemaakt. Ook noemde hij het Slavernijmuseum, dat rond 2030 in Amsterdam zou openen, ‘een paleis van leugens’ en diende in 2011 een motie in om de naam van het Tropenmuseum te veranderen in Koloniaal Museum.

Volgens commissielid Anissa Amraoui (Denk) gebruikte Bosma in die debatten “racistische woorden”. “We willen duidelijk maken dat er geen plaats is voor racisme”, zei Amraoui. “Niet bij een belangrijke herdenking als Keti Koti, en ook niet in de rest van Amsterdam-Oost.” Amraoui verzoekt dat een plaatsvervangend vertegenwoordiger tijdens de herdenking de plaats van Bosma inneemt.

Reflecteer

Ook vanuit andere sectoren wordt de komst van Bosma bekritiseerd. Het Nederlands Instituut voor Slavernijgeschiedenis (Ninsee), dat de herdenking organiseert, liet afgelopen maandag weten te hopen dat Bosma eerst zal “reflecteren” op zijn uitspraken en zich zal verontschuldigen voordat hij de herdenking bijwoont.

Afgelopen vrijdag zei de deelraad Zuidoost (op verzoek van die deelraad) te hopen dat het voormalig Kamerlid de plechtigheid zal missen. Ook tegen de komst van Bosma binnen de gemeenteraad bestaat weerstand.

Dit lijkt Bosma er niet van te weerhouden aanwezig te zijn bij de herdenking. De voorzitter van de kamer heeft al aangegeven dat hij uw uitnodiging wil aanvaarden.

Burgemeester Halsema zei vorige week tijdens een commissievergadering dat het ‘sierlijk’ zou zijn als Bosma de excuses van de Tweede Kamer zou herhalen. Bosma is een vertegenwoordiger van die Kamer, redeneert de burgemeester, en het is de Kamer die de premier heeft geadviseerd de regering excuses aan te bieden.