Het boek ‘Vlaardingen’ gaat ook over het Binnenhof in Den Haag

Den Haag kwam in beeld toen graaf Willem II in 1256 overleed en zijn zoon Floris, de latere graaf Floris V, met anderhalf jaar nog te jong was om zelfstandig te regeren. William, bijgenaamd de Guardian, broer van Willem II, neemt het regentschap op zich. Toen Willem in 1258 overleed, werd zijn zuster Aleid regentes. Aleid kwam uit Valenciennes en vestigde zich met zijn kinderen, zo mag worden aangenomen, aan het hof van de graaf van ‘s-Gravenzande met zijn moeder Machteld van Brabant, weduwe van graaf Floris IV (overleden 1234). De raad van de graaf volgt de gebeurtenissen op de voet. Omdat zowel moeder als dochter buitenlandse belangen met zich meebrengen, wil de raad dat de dames het kort houden. Verder laten de heren zich volgens Aleid opmerken dat ze tevreden zijn dat ze door een vrouw worden bestuurd.

Machteld en Aleid werken samen. Machteld gebruikt zijn dowarium: zijn leefomgeving en Aleid zijn positie als regent. Vanaf 1244 werden de dames bijgestaan ​​door de invloedrijke Dirk van Teilingen (overleden 1282). Hij is algemeen butler en daarmee de hoogste financiële functionaris van de graaf, hij is directeur van de weduwe van Machteld en lid van de gravenraad. Met hem drukten de dames hun stempel op het bestuur van de graaf. Het leidt tot verschillende illegale grondtransacties die de familie van Aleid nog tientallen jaren zullen achtervolgen, maar het legt wel de basis voor de verstedelijking van Schiedam en brengt Rotterdam vervolgens bestuurlijk op orde.

In het boek besteed ik ook aandacht aan de stad Die Haghe, als parochie. Die Haghe behoorde destijds tot de parochie van Monster. Toen graaf Floris V zich in 1268 met zijn nieuwe vrouw op het Binnenhof vestigde, wilde hij dat Den Haag als parochie gescheiden zou worden van Monster, aangezien de familie van de graaf, net als andere parochianen, altijd de heilige sacramenten naar Monster moest brengen, een afstand van ongeveer 12 meter. kilometer. De heer van de kerk van Monster, afstammeling van de gelijknamige familie en door de bisschop van Utrecht op de troon geholpen, weigert echter een deel van zijn parochie van Monster op te geven om een ​​nieuwe parochie te vormen. De graaf accepteerde de weigering niet en op 26 december 1268 ontnam hij de heer van de kerk het recht om de kerk van Monster te betuttelen. Maar dat lost voorlopig niets op. In 1276 raakte het geduld van graaf Floris V op en zei tegen de kerkheer dat hij Den Haag en omgeving in een aparte parochie moest veranderen en verbood de kerkheer en zijn gezin de naam Monster te blijven gebruiken. En zo komt er een parochie in Den Haag.

Het boek beschrijft ook de overgang van het grondbezit van de graaf naar het particuliere grondbezit zoals we dat nu kennen, de beginfase van de rijksbelastingheffing en het gravenbestuur ten tijde van de Hoekse en Kabeljauwse geschillen.

Vlaardingse oorsprong en opkomst 1250-1550 telt 384 pagina’s en is te koop in boekhandel De Vries Van Stockum, in De Passage.